In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 9 september 2014, staat de aansprakelijkheid van de appellant centraal voor de illegale afname van elektriciteit in verband met een hennepkwekerij die in zijn woning was ingericht. De appellant, die in eerste aanleg als gedaagde was aangemerkt, had een overeenkomst met Enexis B.V., de netbeheerder, voor de levering van elektriciteit op zijn adres. Op 3 maart 2011 ontdekte een monteur van Enexis, samen met de politie, dat er op illegale wijze elektriciteit werd afgenomen van het netwerk van Enexis. De appellant was gedurende een lange periode afwezig uit zijn woning en voerde aan dat hij niet op de hoogte was van de hennepkwekerij. De kantonrechter had in eerste aanleg de vorderingen van Enexis grotendeels toegewezen, wat leidde tot het hoger beroep van de appellant.
Het hof oordeelde dat de langdurige afwezigheid van de appellant hem niet ontsloeg van zijn contractuele zorgplicht jegens Enexis. De appellant had, ondanks zijn afwezigheid, maatregelen moeten nemen om illegaal gebruik van de elektriciteitsaansluiting te voorkomen. Het hof concludeerde dat de appellant toerekenbaar tekortschond in zijn zorgplicht, waardoor hij aansprakelijk was voor de schade die Enexis had geleden. De grieven van de appellant, die zich richtten tegen de aansprakelijkheid en de omvang van de schade, werden verworpen. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en veroordeelde de appellant in de kosten van het hoger beroep.