Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Locatie Arnhem
29 juli 2014
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Oost/Kantoor Doetinchem(hierna: de Inspecteur)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De feiten
3.Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
4.Beoordeling van het geschil
Artikel 16a. 1.In geval van een verhoging van de in artikel 9 opgenomen tarieven wordt voor een personenauto, motorrijwiel of bestelauto waarvoor voorafgaande aan het tijdstip waarop de verhoging in werking treedt, een kentekenbewijs is afgegeven dat nog niet is tenaamgesteld, de belasting berekend op de voet van artikel 9, zoals dat luidde voor de inwerkingtreding, mits de tenaamstelling van het kenteken plaatsvindt binnen twee maanden na de inwerkingtreding. Indien de tenaamstelling plaatsvindt nadat deze twee maanden zijn verstreken, wordt de belasting berekend op de voet van artikel 9, zoals dat luidt nadat de verhoging in werking is getreden.”
5.Proceskosten
6.Beslissing
mr. A.J.H. van Suilen, in tegenwoordigheid van mr. A. Klein als griffier.
29 juli 2014in het openbaar uitgesproken.