Uitspraak
[appellante],
1.[geïntimeerde 1],
geïntimeerden,
[geïntimeerden],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De vordering in hoger beroep
6.Processtukken
7.De bespreking van de grieven
grief Ikomt [appellante] op tegen het oordeel van de kantonrechter dat de enkele betwisting door [appellante] en [echtgenoot] dat [geïntimeerden] de door hen verschuldigde hypotheekrente contant aan [echtgenoot] hebben voldaan gelet op het gemotiveerde verweer van [geïntimeerden] onvoldoende is.
grieven I en II. Tot vernietiging van het bestreden vonnis en een andere uitkomst leidt dat echter niet, omdat de kern van het geschil draait om
grief III, te weten de vraag of [geïntimeerden] het bewijs hebben geleverd van de door hen gestelde betalingen. Die vraag zal het hof thans bespreken, waarbij het hof aantekent dat geen grief is gericht tegen het uitgangspunt van de kantonrechter dat betalingen aan [echtgenoot] hebben te gelden als betalingen aan [appellante] en voorts niet in geschil is dat de twee bancaire betalingen aan [B.V. A] gelden als betalingen aan [appellante].
dinsdag 29 juli 2014voor het nemen van een akte aan de zijde van [geïntimeerden], zoals bedoeld in r.o. 7.15 van dit arrest;