Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: de man,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep inzake de vaststelling van kinderalimentatie na de beëindiging van de relatie tussen de man en de vrouw. De man en de vrouw hebben samen een kind, [kind 1], geboren op 26 september 2007, en zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van het kind. De rechtbank Oost-Nederland had eerder bepaald dat de man een bijdrage van € 500,- per maand moest betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van [kind 1], met ingang van 1 juni 2012. De man heeft in eerste aanleg geen verweer gevoerd tegen dit verzoek van de vrouw.
In hoger beroep heeft de man echter bezwaar gemaakt tegen de hoogte van de alimentatie en verzocht om vernietiging van de eerdere beschikking. De vrouw heeft verweer gevoerd en verzocht om bekrachtiging van de eerdere beschikking. Tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep hebben partijen overeenstemming bereikt over een deel van het geschil, namelijk dat de behoefte van [kind 1] € 225,- per maand bedraagt. De man heeft ingestemd met een betaling van € 600,- voor de periode van 1 juni 2012 tot 1 juni 2013, maar er bleef onduidelijkheid over de bijdrage met ingang van 1 juni 2013.
Het hof heeft de draagkracht van de man en de vrouw beoordeeld aan de hand van hun netto besteedbare inkomens. De man heeft een inkomen van € 1.750,- bruto per maand, terwijl de vrouw een WW-uitkering ontvangt van € 527,40 netto per vier weken. Het hof heeft vastgesteld dat de totale draagkracht van de man en de vrouw gezamenlijk € 240,- per maand bedraagt, wat de behoefte van [kind 1] van € 181,- per maand overschrijdt. De bijdrage van de man is vastgesteld op € 135,- per maand, na toepassing van een zorgkorting van 15%.
De beslissing van het hof is dat de eerdere beschikking van de rechtbank wordt vernietigd en dat de man met ingang van 1 juni 2013 € 135,- per maand aan de vrouw moet betalen voor de kosten van verzorging en opvoeding van [kind 1]. De proceskosten worden gecompenseerd, waarbij elke partij zijn eigen kosten draagt. De beschikking is uitgesproken in het openbaar op 24 december 2013.