Uitspraak
Overwegingen:
Beslissing
[terbeschikkinggestelde].
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 november 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 23 juli 2013, die de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met een jaar had verlengd. De terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. V.C. van der Velde, heeft bezwaar gemaakt tegen de voorwaarde dat hij toestemming moet geven om de familie van zijn vriendin in kennis te stellen van zijn indexdelicten en zijn terbeschikkingstelling. Het hof heeft de terbeschikkinggestelde gehoord en de relevante stukken bekeken, waaronder het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg en aanvullende informatie van de FPC Oostvaarderskliniek.
Het hof heeft overwogen dat de voortgang van het resocialisatietraject stagneert door de bezwaren van de vriendin van de terbeschikkinggestelde. Ondanks de positieve ontwikkelingen in de behandeling, heeft de terbeschikkinggestelde de voorwaarde niet geaccepteerd. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot bevestiging van de beslissing van de rechtbank, waarbij het hof het standpunt van het openbaar ministerie heeft gedeeld. Het hof oordeelt dat de voorwaarde om de familie van de vriendin te informeren over het indexdelict en de terbeschikkingstelling niet misplaatst of onredelijk is, gezien de ernst van het indexdelict.
Het hof bevestigt de beslissing van de rechtbank en stelt dat er geen ruimte is voor het achterwege laten van deze voorwaarde. De beslissing van de terbeschikkinggestelde om deze voorwaarde niet te accepteren heeft tot gevolg dat er thans niet tot een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege kan worden overgegaan. De rechtbank heeft op goede gronden geoordeeld en op juiste wijze beslist, waardoor de beslissing wordt bevestigd.