Uitspraak
[appellant],
Steegro,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
De omvang van het geschil
"Overeenkomst van vrijwillige kavelruil". Bij de overeenkomst behoort een
"Staat van toegedeelde kavels"en een ruilschema. Blijkens genoemde staat zullen [E] het perceel E 30 inbrengen en het perceel E 21 toegedeeld krijgen.
"Ruilverkaveling bij overeenkomst”gepasseerd (verder ook aan te duiden als: de akte van toedeling). Bij deze akte zijn ter uitvoering van de
"Overeenkomst van vrijwillige kavelruil"de verschillende percelen aan de onderscheiden rechthebbenden toebedeeld. Aan [E] is toebedeeld het perceel E 21.
grieven 2, 3 en 4komt [appellant] op tegen het oordeel van de rechtbank (rechtsoverwegingen 4.7. en 4.8.) dat hij niet heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend notaris mag worden verwacht, nu hij niet heeft gecontroleerd of de akte
"Ruilverkaveling bij overeenkomst”in overeenstemming was met de "
Overeenkomst van vrijwillige kavelruil"en niet is nagegaan of het door partijen beoogde rechtsgevolg, vrijstelling van overdrachtsbelasting, kon worden gerealiseerd. Hij kan zich evenmin verenigen met het oordeel van de rechtbank (rechtsoverweging 4.7.) dat van een redelijk bekwaam en redelijk handelend notaris mag worden verwacht dat hij partijen voorlicht over de mogelijke risico’s in het kader van het beroep op onderhavige vrijstelling, en in het bijzonder de eigen bevoegdheid van de Belastingdienst ten opzichte van DLG.
grief 6aangevoerd dat de rechtbank ten onrechte het gegeven dat geen voortransactie met [E] heeft plaatsgevonden tot zijn risicosfeer heeft gerekend (rechtsoverweging 4.11.). Hij heeft er op gewezen dat [E] niet door hem, maar door Steegro werden geadviseerd.
grief 1.
4.De beslissing
17 december 2013.