Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[geintimeerde sub 1],
[geintimeerde sub 2],
Keizer & Van Goor Notarissen,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De verdere motivering van de beslissing in hoger beroep
“Het is recreatieve grond, daar hebben wij ons van overtuigd en dat soort zaken. Dit zijn de waardes. Ik ben uitgegaan van de minimale waarde, waarvoor bij ons, ik gewoon weet, de afgelopen jaren recreatieve gronden zijn overgedragen tussen de € 29,- en € 45,-. Nou als ik dan uitga van een minimale waarde van € 29,-, dan zeg ik van nou, dan hebben we in ieder geval al een waarde aan onroerend goed liggen, 5 hectare, € 1.450.000,-. Nou, er was een lening van één miljoen, 30 november zou dat terugbetaald moeten worden met 25% rente, dat is € 1.250.000,-, dus”
“Ja, dat begrijp ik allemaal en als het recreatiegrond is, prima, maar ik zie hier nu in de akte landbouwgrond en dan denk ik van ja, als ik nou een onderliggende waarde heb van misschien twee ton en ik moet daar een miljoen op uitlenen, ja sorry”
“Dat is heel onprettig, dat kan ik me ook heel goed voorstellen, maar er staat wel vaker, wij zien gewoon veel vaker ook bij het kadaster, is er bijvoorbeeld een pand dat bestaat uit vier of vijf huisnummers, ik zeg nou maar even wat, waar maar één huisnummer staat, of dat er gewoon staat een perceel terrein, er staat dan wonen/industrie, terwijl er bijvoorbeeld al panden op staan of helemaal nog niks op staat, dus wij houden gewoon de kadasteromschrijving aan, wij zetten nooit als er wat aangekocht wordt met die en die en die bestemming, dat zetten wij er nooit bij”
op basis Hypothecaire lening.
3.Slotsom
€ 284,-
€ 4.023,-(4,5 punten x tarief II)