Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: de man,
verweerster in hoger beroep, verder te noemen: de vrouw,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
Uit de overgelegde jaarstukken van die onderneming blijken de volgende cijfers (in euro’s):
- € 432,44 aan huur van 1 juni 2012 tot 1 juli 2012, te verminderen met huurtoeslag van
€ 116,-;
€ 116,-.
- € 60,- aan kosten omgangsregeling;
- € 0,- aan ziektekosten in 2012:
- € 17,10 aan ziektekosten in 2013:
€ 930,90 netto per maand, te vermeerderen met vakantietoeslag.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
€ 70,- per maand bedroeg. De vrouw betwist dat. Zij stelt dat zij in onderling overleg met de man de behoefte van [kind] op € 250,- per maand hebben vastgesteld.
€ 14.190,33, hetgeen impliceert een inkomen van € 1.182,52 netto per maand.
6.De slotsom
7.Aanhechten draagkrachtberekeningen
8.De beslissing
31 oktober 2013 uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.