Uitspraak
HIGA,
de curator,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.Beoordeling
4.De beslissing
dinsdag 29 oktober 2013voor antwoordconclusie van de zijde van de curator.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden werd behandeld, ging het om een hoger beroep van HIGA B.V. (voorheen Holcim Betonproducten B.V.) tegen een vonnis van de rechtbank Groningen van 28 november 2012. HIGA had hoger beroep ingesteld tegen de curator in het faillissement van B.V. X, die in eerste aanleg als eiser was opgetreden. De zaak betrof een schuldovername en de schorsing van het geding op basis van artikel 225 Rv. HIGA stelde dat Holcim Nederland B.V. op 26 juli 2011 alle verplichtingen van HIGA had overgenomen, waardoor Holcim Nederland B.V. de werkelijk belanghebbende partij was in het hoger beroep. De curator erkende deze overname en had geen bezwaar tegen de voortzetting van de procedure door Holcim Nederland B.V.
Het hof overwoog dat op grond van artikel 225 lid 1 sub c Rv het geding kan worden geschorst bij het ophouden van de betrekkingen waarin een partij het geding voerde. Aangezien Holcim Nederland B.V. de schuld aan de curator had overgenomen voordat de procedure in hoger beroep begon, was er geen grond voor schorsing van de procedure. Het hof besloot dat de zaak voortgezet zou worden door Holcim Nederland B.V. als procespartij in plaats van HIGA. Tevens werd bepaald dat iedere partij zijn eigen kosten zou dragen.
De beslissing van het hof werd op 1 oktober 2013 openbaar uitgesproken, waarbij het hof de curator in de gelegenheid stelde om een antwoordconclusie in het incident te nemen. De zaak werd vervolgens naar de rol verwezen voor verdere behandeling.