Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst Noord(hierna: de Inspecteur).
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
- een berekening van het verzamelinkomen 2008 van belanghebbende, opgesteld door de gemachtigde;
- een factuur van 8 mei 2008 van [E] te [L] ten bedrage van € 7.489,50 betreffende de stoffering en inrichting van een slaapkamer. Een gedeelte van het factuurbedrag, groot € 2.415,50, betreft volgens op de factuur met de hand geschreven opmerkingen “Verhoogde bed ivm thuisverpleging” “Voor [F]”. Het bedrag van € 2.415,50 maakt deel uit van de in de aangifte opgevoerde persoonsgebonden aftrek van € 8.388;
- een factuur van 17 september 2008 van [G] te [M] ten bedrage van € 2.365,95. Op de factuur is met de hand geschreven “voor [F]”. Bij de factuur is een kassabon gevoegd waaruit kan worden opgemaakt dat de factuur de levering van een badkameropstelling (€ 849), een wastafelkraan (€ 89)en sanitair (€ 1.417,95). Het bedrag van € 2.365,95 maakt deel uit van de in de aangifte opgevoerde persoonsgebonden aftrek van € 8.388;
- een brief van de gemeente De Marne van 15 juli 2008 waarin aan belanghebbende naar aanleiding van twee door hem bij het zorgloket afgeleverde offertes wordt meegedeeld dat twee aanpassingen niet binnen de vergoeding van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (hierna: WMO) vallen en van belanghebbende wordt gevraagd een aangepaste offerte te laten maken met weglating van de douchekraan/glijstang en de vloerverwarming;
- een beschikking op aanvraag woonvoorziening van het College van burgemeester en wethouders van de gemeente De Marne gegeven aan de echtgenote van belanghebbende, waarin is beslist op haar aanvraag van WMO-voorzieningen. In de beschikking staat onder het kopje ‘Financiële tegemoetkoming’: “Aan u zal een financiële tegemoetkoming verstrekt worden ter hoogte van een bedrag van maximaal € 12975,01 (…)”;
- een bewijs van de betaling van de factuur van [E] te [L] ad € 7.489,50;
- een aanslagbiljet gemeentelijke belastingen voor het jaar 2008, waarop onder meer de WOZ-beschikking ter zake van belanghebbendes woning voor dat jaar is vermeld. De vastgestelde WOZ-waarde naar waardepeildatum 1 januari 2007 is € 248.000.
3.Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskosten
6.Beslissing
- bevestigt de uitspraak van de Rechtbank,
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van € 472.