In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 juni 2013, gaat het om de hoofdverblijfplaats van de minderjarige kinderen van partijen, de zorgregeling en de partneralimentatie na hun echtscheiding. Partijen, een vrouw en een man, zijn op 29 mei 1997 met elkaar gehuwd en hebben vijf minderjarige kinderen. De rechtbank Zwolle-Lelystad had eerder bepaald dat de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de man zou zijn en dat de vrouw recht had op een bijdrage in de kosten van haar levensonderhoud van € 860,-- per maand. De vrouw ging in hoger beroep tegen deze beschikking, met het verzoek om de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij haar te bepalen en de alimentatie te verhogen.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de betrokkenheid van de Stichting Gereformeerde Jeugdzorg en de Raad voor de Kinderbescherming. De vrouw heeft verzocht om een onderzoek bij het Ambulatorium of het NIFP, maar het hof heeft dit verzoek afgewezen, omdat het niet in het belang van de kinderen werd geacht. Het hof heeft vastgesteld dat de kinderen goed gedijen bij de man en dat een wijziging van de hoofdverblijfplaats onrust zou veroorzaken.
Wat betreft de zorgregeling heeft het hof de eerdere beslissing van de rechtbank bekrachtigd, waarbij de invulling van de zorgregeling aan de gezinsvoogd werd overgelaten. De vrouw heeft verzocht om een zorgregeling waarbij zij één weekend per veertien dagen contact met de kinderen zou hebben, maar het hof heeft geoordeeld dat dit niet in het belang van de kinderen is, gezien de weerstand die zij tegen contact met de vrouw hebben.
Ten aanzien van de partneralimentatie heeft het hof de behoefte van de vrouw vastgesteld op € 1.263,-- bruto per maand, en de draagkracht van de man op € 1.024,-- bruto per maand. Het hof heeft de bijdrage in de kosten van levensonderhoud van de vrouw met ingang van 8 augustus 2012 vastgesteld op € 1.024,-- per maand, en het verzoek van de man tot terugbetaling van teveel ontvangen alimentatie afgewezen. De beschikking van de rechtbank is gedeeltelijk vernietigd en opnieuw beslist, waarbij de alimentatie is verhoogd.