Uitspraak
de Gemeente,
[geïntimeerde],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep d.d. 27 april 2012,
- de memorie van grieven, met producties,
- de memorie van antwoord, met producties,
- een akte van de Gemeente van 6 november 2012,
- een antwoordakte van [geïntimeerde] van 4 december 2012,
- een akte van depot van [geïntimeerde] van 7 december 2012,
- een akte van de Gemeente van 15 januari 2013.
de onder 2 omschreven Gemeentegrond met alles dat zich daarop vanwege geïntimeerde mocht bevinden, te ontruimen, te verlaten en in behoorlijke staat ter vrije en algehele beschikking van appellante te stellen op straffe van een dwangsom van € 500,00 per dag, waarbij een gedeelte van een dag als hele dag zal hebben te gelden;
Staatsblad2012, 313) wordt in deze voor 1 januari 2013 aanhangig gemaakte zaak uitspraak gedaan door het hof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden.
3.De beoordeling
"Ten tijd van de aankoop van de woning aan de [straat 2] te [plaats], ik meen augustus 1995, was ik gehuwd met [geïntimeerde] en samen kochten we de woning aan en trokken er als gezin met onze zoon in.
"Memorie van grieven, tevens houdende eiswijziging genomen"zonder in deze memorie nader aan te geven waar de eiswijziging uit bestaat. Het hof heeft vastgesteld dat de Gemeente de vorderingen, zoals geformuleerd in de dagvaarding in eerste aanleg heeft herhaald in de dagvaarding in hoger beroep en in het petitum van de memorie van grieven. Het enige verschil dat het hof tussen de dagvaarding in eerste aanleg enerzijds en de dagvaarding in hoger beroep en in de conclusie van de memorie van grieven anderzijds heeft kunnen ontdekken is dat in beide laatstgenoemde stukken vernietiging van het vonnis van de rechtbank en afwijzing van de vorderingen van [geïntimeerde] in reconventie wordt gevorderd. Dat betreft echter geen wijziging van de oorspronkelijke eis. Van een eiswijziging is dan ook geen sprake.
grieven I en IIzijn gericht tegen de vaststelling van de feiten door de rechtbank in de rechtsoverwegingen 2.3. en 2.5. van het vonnis van 8 februari 2012. Aangezien het hof de feiten zelf heeft vastgesteld heeft de Gemeente in dat opzicht bij deze grieven geen belang. Voor zover nodig zal de inhoud van deze grieven bij de bespreking van de overige grieven worden betrokken.
III tot en met VIIIhet geschil in volle omvang aan de orde. Het hof zal deze grieven daarom gezamenlijk bespreken.