Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
‘Auto geleverd zonder garantie instaat zoals gezien en bereden motor heeft bij geluid vermoedelijk klepstoters!’.
‘Naar aanleiding van de aangetekende brief welke wij van u ontvingen het volgende: (…) U werd destijds verteld dat er een tik in de motor van de auto zat, u vond dit geen probleem en heeft getekend voor de auto in de staat waarin hij op 03-02-2023 verkeerde. De marktwaarde van deze auto werd destijds vastgesteld op €7500.00. Aan u werd tevens gemeld dat u voor dit bedrag ( € 4750.00) geen aanspraak kon maken op enige vorm van garantie.’
(…) Tijdens de bezichtiging en proefrit hebben wij de heer [appellant] gewezen op een mankement in de auto, vermoedelijk problemen met de klepstoters. (…) Wij hebben aangegeven dat de auto ruimschoots onder de marktwaarde (ongeveer €7000) wordt verkocht voor een prijs van €4750. Op 3 februari vond de daadwerkelijke koop plaats en heeft de heer [appellant] een factuur ontvangen waarin duidelijk staat vermeld dat de auto geleverd wordt met mankementen (…)Bij de verkoop hebben wij de heer [appellant] aangeboden om het vermoedelijke mankement aan de klepstoters te repareren voor een bedrag van €800,-. Hij heeft dit aanbod echter geweigerd en de auto met mankement(en) gekocht, zonder garantie (…) De heer [appellant] heeft als koper het risico van dit gebrek geaccepteerd, vooral omdat hij ons aanbod om het te repareren voor een bepaald bedrag heeft geweigerd’.
4.Eerste aanleg
primairMaestropoort te veroordelen tot terugbetaling aan [appellant] van (een gedeelte van) de koopsom van € 4.750,00 op straffe van een dwangsom van € 500,00 per (onvoltooid deel van een) dag dat Maestropoort de auto niet ophaalt na vonnis en geen deugdelijk vrijwaringsbewijs verschaft aan [appellant] en daarmee [appellant] bevrijdt van zijn kentekenhouderverplichtingen, een en ander tot een maximum van € 20.000,00, en
5.Beoordeling
grief 1betoogt [appellant] dat de hiervoor weergegeven maatstaf achterhaald is.
Auto geleverd zonder garantie instaat zoals gezien en bereden motor heeft bij geluid vermoedelijk klepstoters!’(zie 3.2). [appellant] is van dit specifieke kenmerk ook uitdrukkelijk in kennis gesteld bij het sluiten van de overeenkomst. [appellant] heeft immers niet betwist dat hij op 3 februari 2023 bij Maestropoort in de showroom is geweest, dat hij toen een proefrit heeft gemaakt en dat er toen een factuur is opgemaakt, die gelet op de overgelegde WhatsApp correspondentie (zie 3.2) in ieder geval op 4 februari 2023 om 18.15 uur per WhatsApp aan [appellant] gestuurd. Dat [appellant] van het specifieke kenmerk van de auto dat afweek in kennis is gesteld blijkt mede uit de reactie van Maestropoort op de door [appellant] gestuurde ingebrekestelling waarin Maestropoort aan [appellant] heeft geschreven (zie 3.5) : ‘
U werd destijds verteld dat er een tik in de motor van de auto zat, u vond dit geen probleem’.
‘u vond dit geen probleem en heeft getekend voor de auto in de staat waarin hij op 03-02-2023 verkeerde’.Gelet op het voorgaande falen de
grieven IV en VIwaarmee [appellant] samengevat het oordeel van de kantonrechter bestrijdt dat Maestropoort [appellant] heeft gewaarschuwd voor het mankement en dat [appellant] op de hoogte was van het mankement.
‘Standpunt Verkoper’uit een brief van Maestropoort heeft geciteerd (zie 3.6). [appellant] was dus op dat moment al bekend met het verweer van Maestropoort dat kort gezegd inhield dat [appellant] ervan op de hoogte was dat hij een auto met een gebrek had gekocht, waardoor er aan de betwisting van [appellant] hogere eisen worden gesteld.
grieven III en Vkennelijk bedoeld te betogen lag het niet op de weg van de kantonrechter om in het tussenvonnis [appellant] erop te wijzen dat de dagvaarding informatie ontbeerde. Niemand anders dan [appellant] (s) gemachtigde is verantwoordelijk voor de inhoud van de dagvaarding.
grieven II en VII,omdat het slagen daarvan niet tot een ander oordeel leidt. [appellant] heeft ook geen bewijsaanbod gedaan in hoger beroep. Het bestreden vonnis zal worden bekrachtigd. [appellant] is in het hoger beroep in het ongelijk gesteld en zal daarom worden veroordeeld in de proceskosten in het geding in hoger beroep Het hof stelt deze kosten als volgt vast: