ECLI:NL:GHAMS:2025:6

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
7 januari 2025
Publicatiedatum
6 januari 2025
Zaaknummer
200.339.093/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelbeschikking inzake benoeming mentor en bewindvoerder

Op 7 januari 2025 heeft het Gerechtshof Amsterdam een herstelbeschikking gegeven in de zaak van [betrokkene], die in hoger beroep was gekomen tegen een eerdere beschikking van 30 juli 2024. In deze eerdere beschikking was een kennelijke fout geconstateerd met betrekking tot de benoeming van een mentor. Het hof heeft vastgesteld dat de door hen benoemde opvolgend mentor, [naam 7], niet persoonlijk benoembaar is tot professioneel mentor, wat aanleiding gaf tot het herstel van deze fout. De Stichting Beheer Privé-gelden, waar de mentor werkzaam is, zal nu als mentor worden bekrachtigd, met de feitelijke uitvoering van het mentorschap door [naam 7].

De griffier heeft alle belanghebbenden op de hoogte gesteld van het voornemen tot herstel en de betrokkenen hebben in meerderheid geen bezwaar gemaakt. Het hof heeft de beschikking van 30 juli 2024 verbeterd door de relevante passages te schrappen en de beslissing te bekrachtigen, waarbij het mentorschap feitelijk door [naam 7] zal worden uitgevoerd. De beslissing is genomen op basis van artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, en de verbeterde beschikking zal worden vastgelegd in de minuut van de eerdere beschikking. De partijen zijn verzocht om eerder verstrekte afschriften binnen twee weken aan de griffier te retourneren.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Afdeling civiel recht en belastingrecht
Team III (familie- en jeugdrecht)
Uitspraak: 7 januari 2025 (verbetering van de uitspraak van 30 juli 2024)
zaaknummer: 200.339.093/01
zaaknummer rechtbank: 10723410 MB VERZ 23-558 jw
in de zaak van:
[betrokkene] ,
wonende te [plaats A] , gemeente [gemeente] ,
verzoekster in hoger beroep,
hierna te noemen: de betrokkene,
advocaat: mr. P.F.M. Deijkers te Hoorn.
Als belanghebbenden in deze zaak zijn aangemerkt:
- Stichting Beheer Privé-gelden, hierna ook te noemen: de bewindvoerder en mentor;
- [naam 1] ;
- [naam 2] ;
- [naam 3] ;
- [naam 4] ;
- [naam 5] ;
- [naam 6] .

1.Herstel van een kennelijke fout

1.1
Het hof heeft op 30 juli 2024 in deze zaak een beschikking gegeven.
1.2
Het hof heeft kennis genomen van een bericht van Stichting Beheer Privé-gelden dat, anders dan in de beschikking van 30 juli 2024 is overwogen, de door het hof bij die beschikking tot opvolgend mentor benoemde [naam 7] niet persoonlijk benoembaar is tot professioneel mentor.
1.3
Het hof heeft op basis van het voorgaande geconstateerd dat in de beschikking van 30 juli 2024 sprake is van een kennelijke fout. Deze kennelijke fout leent zich voor eenvoudig herstel.
1.4
De griffier heeft alle belanghebbenden bij brief van 13 november 2024 verzocht te reageren op het voornemen van het hof om een herstelbeschikking te geven die als strekking zal hebben dat de Stichting Beheer Privé-gelden de mentor zal blijven, waarbij het hof begrijpt dat het mentorschap feitelijk zal worden uitgevoerd door [naam 7] .
1.5
Bij e-mailbericht van 25 november 2024 heeft [naam 7] gereageerd dat zij het eens is met het voornemen een herstelbeschikking te geven waarin de Stichting Beheer Privé-gelden tot mentor zal worden benoemd.
De overige belanghebbenden hebben binnen de daarvoor gestelde termijn niet gereageerd.
1.6
Het hof stelt vast dat sprake is van een kennelijke fout die zich voor eenvoudig herstel leent. De bestreden beschikking zal worden bekrachtigd, waarbij het hof begrijpt dat het mentorschap feitelijk door [naam 7] zal worden uitgevoerd.
Het hof beslist op de voet van artikel 31 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering als volgt.

2.Beslissing

Het hof:
verbetert de kennelijke fout in de beschikking van 30 juli 2024 en wel zo, dat
de beide laatste zinnen van r.o. 5.3, r.o. 5.5 geheel en r.o. 5.6 geheel komen te vervallen;
de beslissing geheel komt te vervallen en als volgt komt te luiden:
bekrachtigt de beschikking waarvan beroep, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen;
wijst af het in hoger beroep meer of anders verzochte.
bepaalt dat deze verbetering met vermelding van de dag van deze uitspraak op de minuut van voornoemde beschikking wordt gesteld;
beveelt afgifte van de met inachtneming van deze beslissing verbeterde authentieke afschriften van voornoemde beschikking;
bepaalt dat partijen de eerder verstrekte afschriften, voor zover opgemaakt in executoriale vorm, binnen twee weken na heden aan de griffier doen toekomen.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.V.T. de Bie, mr. M.T. Hoogland en mr. C.E. Buitendijk, in tegenwoordigheid van mr. W.J. Boon als griffier en is op 7 januari 2025 in het openbaar uitgesproken door de voorzitter.