In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 4 december 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte is schuldig bevonden aan het meermalen rijden met een ongeldig verklaard rijbewijs. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van zes weken. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal dezelfde straf gevorderd, terwijl de raadsvrouw een taakstraf in combinatie met een voorwaardelijke gevangenisstraf heeft verzocht. Het hof heeft de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen. De verdachte, die lijdt aan verschillende medische aandoeningen, heeft zijn leven inmiddels op de rit gekregen. Het hof heeft daarom besloten om de onvoorwaardelijke gevangenisstraf om te zetten naar een taakstraf van 80 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes weken op te leggen. Tevens is de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke gevangenisstraf afgewezen. Het hof heeft vastgesteld dat de redelijke termijn in hoger beroep is overschreden, maar verbindt hieraan geen gevolgen. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam.