ECLI:NL:GHAMS:2025:289

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 februari 2025
Publicatiedatum
4 februari 2025
Zaaknummer
200.331.466/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid van pakketvervoerder voor verloren pakket en beperking van aansprakelijkheid

In deze zaak vordert Allianz, als verzekeraar van een juwelier, schadevergoeding van FedEx omdat een pakket met een waarde van € 29.500 niet is afgeleverd aan de geadresseerde. De rechtbank had de vordering afgewezen, oordelend dat FedEx zich terecht op de beperking van haar aansprakelijkheid in de vervoersvoorwaarden kon beroepen. Allianz gaat in hoger beroep en stelt dat het beroep op de aansprakelijkheidsbeperking naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Het hof onderzoekt de rechtsmacht en bevestigt dat de Nederlandse rechter bevoegd is. Het hof oordeelt dat Allianz onvoldoende feiten heeft aangedragen om opzet of grove schuld aan de zijde van FedEx aan te tonen, en dat de aansprakelijkheidsbeperking van toepassing is. Het hof komt tot de conclusie dat FedEx zich kan beroepen op de aansprakelijkheidsbeperking en dat de vordering van Allianz tot betaling van $ 100,00 toewijsbaar is, vermeerderd met wettelijke rente. Het hof vernietigt het vonnis van de rechtbank en wijst de vordering van Allianz in zoverre toe, maar compenseert de proceskosten.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.331.466/01
zaaknummer rechtbank Noord-Holland : C/15/329653/ HA ZA 22-392
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 4 februari 2025
in de zaak van
de rechtspersoon naar buitenlands recht
ALLIANZ VERSICHERUNGS A.G.,
gevestigd te München (Duitsland),
appellante,
advocaat: mr. W.M. van Rossenberg te Rotterdam,
tegen
FEDEX EXPRESS NETHERLANDS B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
geïntimeerde,
advocaat: mr. V.R. Pool te Rotterdam.
Partijen worden hierna Allianz en FedEx genoemd.

1.De zaak in het kort

Allianz vordert – als verzekeraar van een juwelier – schadevergoeding van FedEx omdat FedEx een pakket met een waarde van € 29.500 niet heeft afgeleverd aan de geadresseerde. De rechtbank heeft de vordering afgewezen en geoordeeld dat FedEx zich terecht heeft beroepen op de beperking van haar aansprakelijkheid in de toepasselijke vervoersvoorwaarden. Allianz betoogt in hoger beroep dat haar vordering alsnog moet worden toegewezen omdat het beroep op de aansprakelijkheidsbeperking naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.

2.Het geding in hoger beroep

Allianz is bij dagvaarding van 10 mei 2023 in hoger beroep gekomen van een vonnis van 15 februari 2023 van de rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, onder bovenvermeld zaaknummer gewezen tussen Allianz als eiseres en FedEx als gedaagde.
Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:
- memorie van grieven;
- memorie van antwoord met producties.
Partijen hebben de zaak tijdens de mondelinge behandeling van 8 oktober 2024 laten toelichten door hun advocaten, beiden aan de hand van overgelegde spreekaantekeningen.
Ten slotte is arrest gevraagd.
Allianz heeft – na vermindering van eis – geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en – uitvoerbaar bij voorraad – alsnog FedEx zal veroordelen tot betaling van € 29.461,46,-, te vermeerderen met de wettelijke rente en met veroordeling van FedEx in de kosten van het geding in beide instanties.
FedEx heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van Allianz met – uitvoerbaar bij voorraad – veroordeling van Allianz in de kosten van het geding in hoger beroep met nakosten.
Beide partijen hebben in hoger beroep bewijs van hun stellingen aangeboden.

3.Feiten

Met de grieven 1 tot en met 4 wordt de vaststelling door de rechtbank ten aanzien van een aantal feiten bestreden. Het hof zal een nieuw overzicht geven van de onbetwiste feiten die in hoger beroep het uitgangspunt vormen.
3.1.
Op 4 juli 2020 heeft de heer [naam 1] (hierna: [naam 1] ) uit [plaats 1] (Verenigd Koninkrijk) online via Chrono24 een gouden Rolex horloge gekocht voor een bedrag van € 29.500,00.
3.2.
Op 7 juli 2020 heeft Schaap en Citroen B.V. (hierna: Schaap & Citroen) aan [naam 1] een factuur verzonden voor het Rolex horloge ten bedrage van (na een korting van € 750,00) € 29.500,00.
3.3.
Op 7 juli 2020 is, onder vermelding van ‘ [bedrijf] ’ te [plaats 2] als afzender, een pakket aangeboden via ‘FedEx Ship Manager’ om te verzenden aan [naam 1] , woonachtig op het adres [straat 1] te [plaats 1] , Verenigd Koninkrijk (hierna: het pakket). De door de afzender ingevulde zendingsgegevens vermelden verder, voor zover van belang, het volgende:
(…)
Gewicht: 2.00KGS
Aangegeven waarde: 0.00 EUR
Pakketinhoud: COMMODITIES
Documentbeschrijving: Metal Parts
(…)
Prijsoptie: FedEx Standard Rate
(..)
Prijsopgave: 38.54 EUR
(…)
Speciale services: Handtekening geadresseerde vereist
Aflevering op woonadres
(…)
Onder deze zendingsgegevens is, voor zover van belang, de volgende ‘Opmerking’ van de zijde van FedEx opgenomen:
Opmerking:
- (…)
FedEx kan niet aansprakelijk worden gesteld voor vorderingen van meer dan $ 100 per pakket als gevolg van verlies, schade, vertraging, niet-aflevering, aflevering op het verkeerde adres of onjuiste informatie, tenzij u een hogere waarde aangeeft, een extra toeslag betaalt, uw werkelijke verlies documenteert en op tijd een claim indient.
De beperkingen in de huidige FedEx Service Guide zijn van toepassing. Uw recht om verlies te verhalen bij FedEx, inclusief de intrinsieke waarde van het pakket, verlies van verkoop, rente over inkomsten, winst, advocaatkosten en andere vormen van schade ofwel directe schade, bijkomstige schade, gevolgschade of bijzondere schade is beperkt tot $ 100 of de geautoriseerde aangegeven waarde. De schadevergoeding kan niet groter zijn dan het werkelijke gedocumenteerde verlies. Het maximale bedrag voor artikelen van uitzonderlijke waarde is $ 1000, bijvoorbeeld juwelen, edelmetalen, verhandelbare waardepapieren en andere artikelen die zijn vermeld in onze FedEx Service Guide. (…)
3.4.
In de vervoersvoorwaarden van FedEx is onder meer bepaald:
19. AANGEGEVEN WAARDE EN AANSPRAKELIJKHEIDSLIMIETEN
19.1
Tenzij de Afzender een hogere Waarde voor Vervoer aangeeft op de (Lucht) Vrachtbrief en de vereiste vergoeding betaalt, is de aansprakelijkheid van FedEx beperkt tot het hoogste bedrag van a) hetzij het bedrag voorzien door de van toepassing zijnde internationale overeenkomst of de nationale wetgeving b) hetzij € 22 per kilogram of c) US$ 100 per Zending.
(…)
19.2
FedEx verzorgt geen ladingsverzekering noch een all-risk verzekering maar de Afzender kan een extra bedrag betalen voor de Aangegeven Waarde voor Vervoer boven de limieten als genoemd in artikel 19.1 hierboven. (…)
(…)
20. UITSLUITING VAN AANSPRAKELIJKHEID
20.1
FEDEX IS IN GEEN ENKEL GEVAL AANSPRAKELIJK VOOR WELKE SCHADE DAN OOK, HETZIJ DIRECT, BIJKOMSTIG, BIJZONDER OF GEVOLGSCHADE TOT EEN HOGER BEDRAG DAN DE AANGEGEVEN WAARDE (ZOALS BEPERKT IN ARTIKEL 19) OF DE AANSPRAKELIJKHEIDSBEPERKING VASTGELEGD IN HET VAN TOEPASSING ZIJNDE INTERNATIONALE VERDRAG, OF, VOOR ZENDINGEN NAAR EN TUSSEN BEPAALDE LOCATIES BINNEN EEN ZELFDE LAND/GEBIED, VOLGENS DE TOEPASSELIJKE PLAATSELIJKE WETGEVING, WAARBIJ HET HOOGSTE DEZER BEDRAGEN IN AANMERKING MOET GENOMEN WORDEN, ONAFHANKELIJK VAN DE VRAAG OF FEDEX AL OF NIET WIST OF HAD MOETEN WETEN DAT DERGELIJKE SCHADE WAARONDER MAAR NIET BEPERKT TOT VERLIES VAN INKOMSTEN OF WINST, MOGELIJK ZOU ONTSTAAN.
3.5.
Het pakket is op 8 juli 2020 om 14.33 uur afgeleverd in [plaats 1] en daarbij afgegeven aan [naam 2] die voor de ontvangst van het pakket heeft getekend. Bij de track & trace informatie van FedEx staat, voor zover van belang, onder het kopje
SPECIAL HANDING SECTIONvermeld:
Deliver Weekday Residential Delivery Direct Signature Required
3.6.
[naam 1] heeft bij Schaap & Citroen gemeld dat hij het pakket niet heeft ontvangen.
3.7.
Op 14 juli 2020 heeft FedEx aan Schaap & Citroen een transportkostenfactuur verzonden voor de verzending van het pakket aan [naam 1] . Op die factuur staat ook vermeld dat een ‘Directe handtekening vereist’ was en dat op 8 juli 2020 is getekend door [naam 2] om 14.33 uur. Op 1 augustus 2020 heeft FedEx die factuur (van € 38,54) gecrediteerd.
3.8.
Allianz heeft een aanhangsel van een
BLOCKPOLIS VOOR DE JUWELIERovergelegd van verzekerde Schaap & Citroen en Aris GmbH& Co. KG (hierna: Aris) namens een aantal verzekeraars (waaronder Allianz) met daarop relatienummer [nummer 1] en polisnummer [nummer 2] met ingangsdatum 1 november 2018 en einddatum 1 januari 2021. Op blad 5 staat, voor zover relevant:
De verzekeraars zijn:
(Voor akkoord zie bijgaand handtekeningenblad)
ARIS GmbH&Co. KG on behalf of
25.2 %
Allianz Esa GmbH
25.2 %
Liberty Mutual Insurance Europe SE
14.6 %
HDI Global Specialty SE
10.5 %
Helvetia Schweizerische Versicherungsgesellschaft in Liechtenstein AG
10.5 %
Mannheimer Versicherung AG
7,0 % Württembergische Versicherung AG
7,0 % Basler Sach Versicherungs-AG
3.9.
Allianz heeft een
PROOF OF AGREEMENTvan 21 december 2020 overgelegd ondertekend door [naam 3] in [plaats 3] met, voor zover van belang, de volgende inhoud:
Regarding Stolen package
Loss adress England
Policynumber [nummer 2]
Claimnumber [nummer 3]
The Undersigned Schaap en Citroen
[straat 2]
[postcode] [plaats 3]
Hereby confirm the acceptance of EUR 29.461,46 (EUR 29.500,00 – EUR 38,54) for the full and final settlement of insurers regarding missing package send with Chrono24
(…)
3.10.
FedEx is bij e-mailbericht van 30 december 2020 van de advocaat van de verzekeraars van Schaap & Citroen aansprakelijk gehouden voor de ontstane schade door het vermiste pakket ter hoogte van € 29.500,00 vermeerderd met rente en kosten.
3.11.
Bij brief van FedEx van 2 februari 2021 heeft FedEx er op gewezen dat op grond van haar algemene voorwaarden haar aansprakelijkheid is beperkt tot een bedrag van $ 100,00. In deze brief heeft FedEx geconcludeerd:
“Therefore, pursuant to Article 19.1 FedEx’s Conditions of Carriage for EMEA, your client is entitled to an indemnity of USD 100.00 (…)”.
3.12.
Op 7 juli 2021 heeft FedEx aan (de advocaat van) de verzekeraars laten weten:
“In addition to the below e-mail I can continue with the payout of our max limit of liability, which is 100 USD. If agreed I can start with the payout of this liability.”

4.Eerste aanleg

4.1.
Allianz heeft in eerste aanleg gevorderd om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, FedEx te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 29.500,00 aan Allianz, te vermeerderen met de wettelijke rente en met veroordeling van FedEx in de kosten van het geding.
4.2.
De rechtbank heeft de vordering van Allianz afgewezen, en Allianz in de proceskosten veroordeeld. Daartoe heeft de rechtbank overwogen dat het beroep van FedEx op de beperking van haar aansprakelijkheid slaagt. Allianz heeft de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van FedEx niet betwist zodat de rechtbank het geschil dient te beoordelen aan de hand van de bepalingen van het Verdrag betreffende de overeenkomst tot internationaal vervoer van goederen over de weg (hierna: het CMR-verdrag). Allianz heeft onvoldoende gesteld ter onderbouwing van haar stelling dat sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van FedEx, zodat de aansprakelijkheidsbeperking van het CMR-verdrag niet kan worden doorbroken.

5.Beoordeling

5.1.
Allianz heeft in hoger beroep zeven grieven aangevoerd. Met de grieven 1 tot en met 4 betoogt Allianz dat de rechtbank een aantal feiten onjuist heeft vastgesteld. Het hof heeft naar aanleiding van deze grieven het overzicht van de tussen partijen vaststaande feiten aangepast. Uit de hierna volgende beoordeling volgt dat deze grieven overigens niet tot vernietiging van het bestreden vonnis kunnen leiden.
Rechtsmacht hof
5.2.
Allianz is in Duitsland gevestigd. Gelet op dat internationale aspect aan deze procedure moet het hof – ambtshalve – de rechtsmacht van de Nederlandse rechter onderzoeken.
De herschikte Brussel I bis Verordening (voluit: Verordening (EU) nr. 1215/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (herschikking)) is van toepassing op de vordering tegen FedEx, omdat het hier gaat om een vordering in een burgerlijke zaak tegen een in Nederland gevestigde partij.
Op grond van artikel 4 lid 1 van de Brussel I bis Verordening worden partijen die in een lidstaat woonplaats hebben, opgeroepen voor de rechter van die lidstaat. Op grond van die hoofdregel is de Nederlandse rechter bevoegd om kennis te nemen van de vordering tegen FedEx.
Overeengekomen aansprakelijkheidsbeperking wordt niet doorbroken
5.3.
Allianz komt met haar grief 5 op tegen het oordeel van de rechtbank dat Allianz onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld voor een geslaagd beroep op doorbreking van de aansprakelijkheidsbeperking waar FedEx zich op beroept. Het hof is van oordeel dat deze grief faalt en licht dat als volgt toe.
5.4.
Allianz heeft de toepasselijkheid van de vervoersvoorwaarden van FedEx niet betwist en ook geen grief gericht tegen het oordeel van de rechtbank daarover. Het hof neemt daarom tot uitgangspunt dat op het vervoer van het pakket de vervoersvoorwaarden van FedEx van toepassing zijn. Artikel 1.2 van de vervoersvoorwaarden verklaart het CMR-verdrag van toepassing op transport dat gedeeltelijk over de weg plaatsvindt, zoals hier – door partijen ter zitting erkend – het geval is geweest. Het hof dient deze zaak daarom te beoordelen aan de hand van de bepalingen van het CMR. Daarnaast bevatten artikel 19.1 en 20.1 van de vervoersvoorwaarden een beperking van de aansprakelijkheid van FedEx in geval van verlies van een zending. Tot slot moet voor het overige worden uitgegaan van de toepasselijkheid van Nederlands recht, omdat de rechtbank dat tot uitgangspunt heeft genomen en daar geen grief tegen is gericht.
5.5.
In artikel 23 lid 3 CMR-verdrag is de aansprakelijkheid van de vervoerder beperkt tot 8.33 SDR (omgerekend circa € 10,45) per kilogram verloren gewicht. Op deze beperking van de aansprakelijkheid kan de vervoerder echter ingevolge artikel 29 CMR-verdrag geen beroep doen indien de schade voortspruit uit zijn opzet of uit schuld zijnerzijds, welke volgens de wet van het gerecht, waar de vordering aanhangig is, met opzet gelijkgesteld wordt. Hieruit volgt dat FedEx geen beroep op de aansprakelijkheidsbeperking van artikel 23 CMR-verdrag kan doen, indien haar onder Nederlands recht opzet of aan opzet gelijk te stellen schuld kan worden verweten.
5.6.
Onder met aan opzet gelijk te stellen schuld in de zin van artikel 29 CMR-verdrag moet naar het toepasselijke Nederlandse recht worden verstaan een handeling die of een nalaten dat moet worden aangemerkt als roekeloos en met de wetenschap dat de schade er waarschijnlijk uit zou voortvloeien (artikel 8:1108 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW)). Van gedrag dat als roekeloos en met de wetenschap dat de schade er waarschijnlijk uit zou voortvloeien moet worden aangemerkt, is volgens vaste jurisprudentie sprake, wanneer degene die zich aldus gedraagt het aan de gedraging verbonden gevaar kent en zich ervan bewust is dat de kans dat het gevaar zich zal verwezenlijken aanzienlijk groter is dan de kans dat dit niet zal gebeuren, maar zich door dit een en ander niet van dit gedrag laat weerhouden. De stelplicht en – bij voldoende betwisting – bewijslast dat sprake is van dergelijk gedrag rust op Allianz.
5.7.
Allianz stelt zich op het standpunt dat FedEx geen beroep op een aansprakelijkheidsbeperking toekomt. Zij voert in dit verband aan dat aan FedEx duidelijke instructies waren verstrekt over hoe het pakket moest worden afgeleverd: te weten aflevering op het woonadres van [naam 1] , waarbij de handtekening voor ontvangst van [naam 1] was vereist. Volgens Allianz is niet duidelijk geworden wat er precies met het pakket is gebeurd en zal FedEx het door haar gestelde over de aflevering dienen te bewijzen, maar ook als uitgegaan wordt van de door FedEx gestelde aflevering van het pakket op straat aan een persoon die heeft getekend met [naam 2] , staat vast dat FedEx in strijd met de gegeven afleverinstructies heeft gehandeld. Allianz wijst er ook nog op dat FedEx voor het uitvoeren van specifieke afleverinstructies, zoals het verkrijgen van een handtekening van de geadresseerde, extra kosten in rekening brengt. Volgens Allianz was het voor een ieder – en dus ook voor de chauffeur van FedEx die voor de aflevering heeft zorggedragen – duidelijk dat de gevolgde wijze van aflevering tot schade zou leiden, te meer omdat FedEx volledig op de hoogte was van de aard en de waardes van de pakketten die Schaap & Citroen door haar laat vervoeren.
5.8.
Ook in hoger beroep heeft Allianz onvoldoende gesteld om opzet of bewuste roekeloosheid aan de zijde van FedEx aan te nemen. Het enkele feit dat de bezorger de duidelijke afleverinstructies – waarvoor extra kosten in rekening worden gebracht – niet heeft nageleefd, leidt niet tot de vereiste opzet of bewuste roekeloosheid. Hierbij neemt het hof in aanmerking dat de zendingsgegevens vermeldden dat de inhoud van het pakket ‘commodities’ betrof met een waarde van € 0,00, en bovendien dat degene aan wie het pakket door de bezorger is afgegeven bij het gebouw van het opgegeven adres naar buiten liep, zoals de rechtbank heeft vastgesteld en Allianz niet althans onvoldoende gemotiveerd heeft bestreden. Ter zitting heeft Allianz bovendien erkend dat de bezorger niet kon of behoorde te weten dat het pakket dat hij diende af te leveren een (veel) hogere waarde had dan was aangegeven op het etiket. De stelling van Allianz dat het een gebruikelijke gang van zaken is dat Schaap & Citroen haar goederen op deze wijze verzendt en dat FedEx daarvan op de hoogte is, brengt niet zonder meer met zich dat sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid van FedEx, aangezien het klaarblijkelijk juist de bedoeling was van de door Schaap & Citroen welbewust gekozen verzendwijze dat ook voor degenen die bij de feitelijke bezorging betrokken waren niet kenbaar was dat het pakket een waardevolle inhoud had. De in de memorie van antwoord gegeven toelichting van FedEx dat het gebruikelijk is dat pakketjes worden afgegeven aan personen die op het adres aanwezig zijn of aan de buren en dat dat in het overgrote deel van de gevallen niet tot schade leidt, heeft Allianz voorts niet weersproken. Allianz heeft daarmee onvoldoende gesteld voor het oordeel dat sprake is van een situatie waarbij degene die het aan de gedraging verbonden gevaar kent en zich ervan bewust is dat de kans dat het gevaar zich zal verwezenlijken aanzienlijk groter is dan de kans dat dit niet zal gebeuren, maar zich door dit een en ander niet van dit gedrag laat weerhouden, laat staan voor het oordeel dat sprake is van opzet.
5.9.
Allianz heeft ook nog aangevoerd dat de bepalingen van het CMR-verdrag aangemerkt dienen te worden als algemene voorwaarden, omdat zij in de vervoersvoorwaarden van FedEx van toepassing zijn verklaard, en dat de strenge maatstaf die in de jurisprudentie is ontwikkeld ten aanzien van de toepassing van artikel 29 CMR in deze zaak daarom niet van toepassing is. Het hof dient, aldus Allianz, daarom te toetsen of het beroep van FedEx op de aansprakelijkheidsbeperking naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Wat er ook zij van dit betoog van Allianz, naar het oordeel van het hof zijn de door Allianz genoemde feiten en omstandigheden om de hiervoor genoemde redenen evenmin voldoende voor het oordeel dat het beroep van FedEx op de aansprakelijkheidsbeperking naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
5.10.
Het hof komt daarom tot het oordeel dat FedEx zich kan beroepen op een beperking van haar aansprakelijkheid. Op grond van het hiervoor in 5.4 weergegeven artikel 19.1 van de vervoersvoorwaarden komt die beperking neer op het hoogste bedrag van drie mogelijkheden: (i) het bedrag dat verschuldigd is uit hoofde van de van toepassing zijnde internationale overeenkomst – in dit geval dus het CMR –, (ii) € 22,00 per kilogram verloren gegaan gewicht of (iii) $ 100,00. Het opgegeven gewicht van het pakket was twee kilogram, zodat gegeven deze mogelijkheden, de aansprakelijkheid van FedEx is beperkt tot het onder (iii) vermelde bedrag van $ 100,00, dat ook is opgenomen in de Ship Manager. Dat bedrag is immers gunstiger voor Allianz dan de in dit geval op grond van het CMR-verdrag geldende aansprakelijkheidsbeperking en de optie van € 22,00 per kilogram verloren gegaan gewicht onder (ii).
Bedrag van $ 100,00 is toewijsbaar
5.11.
Niet is komen vast te staan dat FedEx het bedrag van $ 100,00 al aan Allianz heeft betaald. Ter zitting heeft FedEx verklaard dat betaling is toegezegd, dat zij de betaling van dit bedrag niet heeft kunnen traceren, maar dat deze vordering van Allianz kan worden verrekend met de vordering tot betaling van de proceskosten die FedEx op Allianz heeft op grond van het vonnis in eerste aanleg. Het hof volgt dit standpunt van FedEx niet. FedEx heeft immers, gelet op haar brief van 2 februari 2021, jegens de verzekeraars aansprakelijkheid aanvaard tot een bedrag van $ 100,00, en toegezegd om dit bedrag te betalen. Aan deze toezegging is zij gebonden. Gelet op de door Allianz overgelegde polis, de daaruit volgende vertegenwoordigingsbevoegdheid van Aris en de brief van Aris over de door de verzekeraars aan Allianz als leidende verzekeraar verstrekte volmacht om de vordering namens de andere verzekeraars geldend te maken en te innen, heeft FedEx het bestaan van deze volmacht van Allianz onvoldoende gemotiveerd betwist. De vordering van Allianz is dus toewijsbaar voor een bedrag van $ 100,00, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 8 juli 2020, en had door de rechtbank in zoverre moeten worden toegewezen. Allianz heeft daarover in hoger beroep terecht geklaagd. In zoverre slagen grieven 4 en 6. Bovendien volgt uit de hiernavolgende beslissing van het hof over de proceskosten dat FedEx geen vordering uit dien hoofde heeft. Het beroep op verrekening van FedEx faalt daarom.
Slotsom
5.12.
De slotsom is dat de grieven 4 en 6 slagen en dat het bestreden vonnis zal worden vernietigd. Het hof zal de vordering van Allianz alsnog toewijzen tot een bedrag van $ 100,00, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 8 juli 2020 tot aan de dag van algehele voldoening.
5.13.
Hoewel het hoger beroep weliswaar succesvol is en het bestreden vonnis wordt vernietigd, ziet het hof in de omstandigheid dat slechts een gering deel van de vordering van Allianz alsnog wordt toegewezen aanleiding de proceskosten in eerste aanleg en hoger beroep te compenseren.

6.Beslissing

Het hof:
vernietigt het vonnis waarvan beroep;
en opnieuw rechtdoende:
veroordeelt FedEx tot betaling van $ 100,00 aan Allianz, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 juli 2020 tot aan de dag van algehele voldoening;
compenseert de proceskosten in de zin dat partijen ieder hun eigen proceskosten dragen in beide instanties;
verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit arrest is gewezen door mrs. E.M. de Stigter, S.C.H. Molin en M.M. Kruithof en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 4 februari 2025.