Uitspraak
[oprichter I],
[oprichter II],
mr. C. de Bres, kantoorhoudende te Den Haag,
mrs. B.M.H. Fleurenen
B. van Niekerk, kantoorhoudende te Amsterdam,
gevestigd te Abu Dhabi,
mrs. K. van der Graaf,
P.A. Josephus Jittaen
S. Boonstra,kantoorhoudende te Amsterdam,
gevestigd te Dublin, Ierland,
gevestigd te Delaware, Verenigde Staten,
gevestigd te Munsbach, Luxemburg,
mrs. J.W. de Grooten
T.J.A. Zuijderland, kantoorhoudende te Amsterdam.
- verzoekers als [oprichters] ;
- verweerster als Getir;
- belanghebbenden 1 tot en met 3 als Mubadala;
- belanghebbenden 4 tot en met 8 als G Squared.
- [oprichter I] , voor zichzelf en in zijn hoedanigheid van niet uitvoerende bestuurder van Getir;
- [oprichter II] , voor zichzelf en in zijn hoedanigheid van niet uitvoerende bestuurder van [Holding II] ;
- [zoon I] , in zijn hoedanigheid van niet uitvoerende bestuurder van Getir;
- [waarderingsdeskundige I] en [waarderingsdeskundige II] , van Analysis Group;
- T [adviseurs] van AlixPartners LLP;
- mrs. G. Portier M. Livestro, L. Takes-Timmermans, S. Knapen en S. Becker van Linklaters LLP.
- A. Boase KC;
- [adviseur] , van AlixPartners;
- S. Few, J. Wootton, F. Cawthorn, P. Robinson. A. Amerjee, van Linklaters LLP;
- S. Somay, S. Sarialioğlu, D. Uygun, O. Pepeoğlu, van het Turkse advocatenkantoor Paksoy.
- [General Counsel Mubadala] , General Counsel van Mubadala, bijgestaan door mrs. Josephus Jitta en Van der Graaf voormeld en mrs. A. Boonstra en R. Brunninkhuis;
- R. East, van Quinn Emanuel LLP
- J. Greijdanus, van Buren Law
- [vertegenwoordiger] , van Mubadala;
- K. Ovenden, S. Walsh, J. Buckley, van Quinn Emanuel LLP;
- C. Mercan, van het Turkse advocatenkantoor Kolcuoğlu Demirkan Koçakli Hukuk Bürosu;
- D. Meston, van Akin Gump Strauss Hauer & Feld, LLP;
- [X] , [Y] .
- [Fund Manager van G Squared] , via video-verbinding, bijgestaan door mrs. De Groot en Zuijderland voornoemd;
- mrs. S. Vermeeren en L. Verploeg, van Houthoff.
- op 14 januari 2025 een verzoekschrift van [oprichters] , met 20 bijlagen;
- op 21 januari 2025 een verweerschrift, tevens voorwaardelijk tegenverzoek van Getir, met 40 bijlagen;
- op 21 januari 2025 een verweerschrift van Mubadala, met 21 bijlagen;
- op 22 januari 2025 bijlagen 21 tot en met 27 van [oprichters] ;
- op 23 januari 2024 bijlagen 41 tot en met 45 van Getir;
- op 23 januari 2025 een verweerschrift van G Squared;
- op 24 januari 2024 e-mails van [aandeelhouder P] en [aandeelhouder Q] waarin zij namens aandeelhouders van Getir steun uitspreken voor het standpunt van [oprichters]
cashflow forecastsdat ondanks het in juni 2024 verstrekte krediet van USD 250 miljoen, per januari 2025 een tekort zou ontstaan dat nadien steeds verder zou oplopen. Mubadala had inmiddels ruim USD 450 aan krediet verstrekt waarvan USD 350 miljoen direct opeisbaar was. In het op 31 december 2024 gepubliceerde jaarverslag van Getir is vermeld dat indien geen nieuwe financiering wordt aangetrokken dit kan betekenen dat de Getir-groep begin 2025 gedwongen zal zijn haar activiteiten te staken.
Settlement(hierna ook: transactie) wenst te komen waarbij kort gezegd alle door Getir gehouden aandelen in Getir Turkije en haar (andere) dochterondernemingen worden overgedragen aan Mubadala tegen kwijtschelding van de schulden uit hoofde van de aan Getir verstrekte kredieten en leningen en waarbij Mubadala voor de afwikkeling van haar activiteiten aan Getir een aanvullend krediet zal verstrekken van USD 10 miljoen.
cashflow forecastbleek dat, zelfs indien Mubadala bereid zou zijn de laatste tranche van USD 14,3 miljoen van het in juni 2024 verstrekte krediet uit te betalen, per 31 januari 2025 een financieringstekort zou ontstaan dat zou oplopen tot USD 58 miljoen per half maart 2025. De uitvoerend bestuurders hebben laten weten dat zij onder deze omstandigheden zouden moeten afwegen om al dan niet met Mubadala tot een transactie te komen en dat daarbij zowel de op voordracht van Mubadala en G Squared benoemde niet uitvoerende bestuurders, als de zijdens [oprichters] benoemde niet uitvoerende bestuurders een tegenstrijdig belang hadden en daarom niet aan de desbetreffende beraadslaging en besluitvorming in het bestuur zouden mogen deelnemen. Mubadala heeft laten weten dat zij slechts bereid zou zijn de laatste tranche van USD 14,3 miljoen uit te betalen, indien de zoons van [oprichter I] zouden worden ontslagen als bestuurders van Getir Turkije.
grond onder 1. wordt het volgende voorop gesteld. Artikel 2:239 lid 6 BW bepaalt dat een bestuurder niet deelneemt aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming. Daarvan is sprake indien de betrokken bestuurder, gelet op alle omstandigheden van het geval, te maken heeft met zodanig onverenigbare belangen dat in redelijkheid kan worden betwijfeld of hij zich bij zijn handelen uitsluitend laat leiden door het belang van de vennootschap en haar onderneming.
Engagement Letteris uitdrukkelijk opgenomen dat
“AlixPartners’ sole duty of care under this agreement is to the Company as the client of AlixPartners”. [oprichters] hebben destijds met de benoeming van [uitvoerend bestuurder I] als bestuurder van Getir ingestemd en zij hebben zich daar tot voor kort ook niet tegen verzet. [oprichters] hebben ook overigens geen concrete feiten of omstandigheden aangevoerd waaruit zou blijken dat [uitvoerend bestuurder I] zich desondanks bij zijn taakvervulling niet uitsluitend zou hebben laten leiden door de belangen van Getir en haar onderneming. Ten aanzien van [uitvoerend bestuurder II] is zelfs niet gesteld waarom ook bij hem sprake zou zijn van een tegenstrijdig belang dat hem ervan had moeten weerhouden deel te nemen aan de beraadslaging en de besluitvorming in het bestuur van Getir over de door Mubadala voorgestelde transactie. De slotsom is dat de
grond onder 1.geen doel treft.
grond onder 2.wordt vooropgesteld dat bestuurders zich bij de vervulling van hun taak dienen te richten naar het belang van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming. Wat dat belang inhoudt, hangt af van de omstandigheden van het geval. Indien aan de vennootschap een onderneming is verbonden, wordt het vennootschapsbelang in de regel vooral bepaald door het bevorderen van het bestendige succes van deze onderneming. Bij de vervulling van hun taak dienen bestuurders voorts, mede op grond van het bepaalde in art. 2:8 BW, zorgvuldigheid te betrachten met betrekking tot de belangen van al degenen die bij de vennootschap en haar onderneming zijn betrokken. Deze zorgvuldigheidsverplichting kan meebrengen dat bestuurders bij het dienen van het vennootschapsbelang ervoor zorgen dat daardoor de belangen van al degenen die bij de vennootschap of haar onderneming zijn betrokken niet onnodig of onevenredig worden geschaad. Bij haar besluitvorming komt het bestuur beoordelingsvrijheid toe. De Ondernemingskamer treedt in beginsel niet in de merites van bestuurlijke beslissingen wanneer daaraan een gedegen besluitvormingsproces ten grondslag ligt met een behoorlijke afweging van de voor- en nadelen.
Additional Investor Tranche) regeling de mogelijkheid open te houden dat zij tot een bedrag van USD 75 miljoen zouden kunnen mee-investeren in een eventueel nog door te starten onderneming.
distressed going concernveronderstelling wordt gewaardeerd op USD 373,9 miljoen (waarvan USD 82,2 miljoen voor Getir Finance) en de waarde van de door Mubadala onder de transactie te leveren tegenprestatie op USD 532,9 miljoen (inclusief de USD 50 miljoen aanvullende financiering). Nog daargelaten dat zonder aanvaarding van de transactie een
going concernveronderstelling niet realistisch is, kan hieruit niet worden afgeleid dat de minderheidsaandeelhouders door de transactie zouden worden benadeeld. [oprichters] hebben daartegenover aangevoerd dat de waardering van Getir Finance veel te laag zou zijn omdat Getir Finance kort geleden een Turkse bankvergunning heeft gekregen. Zij verwijzen in dat kader naar een door hen overgelegde
valuation summaryvan een door KPMG Turkije uitgevoerde waardering van de
investment valuevan Getir Finance op ruim USD 500 miljoen. De onderbouwing van deze waardering is echter flinterdun en de veronderstellingen en aannames waarop zij berust zijn dermate speculatief dat de Ondernemingskamer daaraan geen reële waarde kan toekennen. Dat de belangen van de overige aandeelhouders van Getir door de aanvaarding van de transactie onnodig en of onevenredig worden geschaad kan daaruit dan ook niet volgen. In dat kader is nog van belang dat het voorstel om de door Mubadala voorgestelde transactie te aanvaarden in de algemene vergadering van 19 januari 2025 door een ruime meerderheid van de (preferente) aandeelhouders van Getir is goedgekeurd. Ook het
onder 2.gestelde levert geen gegronde redenen op voor twijfel aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van Getir.
onder 3.betoogd dat Mubadala in juni 2024 ten onrechte overwegende zeggenschap zou hebben gekregen in het bestuur en de algemene vergadering van Getir. Dit is onjuist. Partijen zijn in juni 2024 overeengekomen dat [uitvoerend bestuurder I] en later [uitvoerend bestuurder II] als onafhankelijk uitvoerende bestuurders zouden worden benoemd en dat zij daarnaast ieder ook niet uitvoerende bestuurders zouden kunnen benoemen. Geen van partijen heeft daarmee een doorslaggevende stem in het bestuur van Getir gekregen. Dat [uitvoerend bestuurder I] zich uitsluitend zou laten leiden door de belangen van Mubadala is als gezegd niet gebleken. Mubadala heeft verder met circa 29% van de aandelen geen overwegende zeggenschap in de algemene vergadering van (preferente) aandeelhouders van Getir. Bij die stand van zaken kan evenmin worden aangenomen dat Mubadala haar positie misbruikt om aan Getir haar wensen op te leggen. Voor zover [oprichters] menen dat zij worden benadeeld omdat Mubadala te kwader trouw en op onjuiste gronden geen uitvoering heeft gegeven aan de in de Term Sheet van juni 2024 neergelegde afspraken, geldt dat dit in de kern een geschil van vermogensrechtelijke aard betreft waarvoor de enquêteprocedure niet bedoeld is; [oprichters] zullen dit geschil aan de bevoegde Engelse rechter moeten voorleggen.