ECLI:NL:GHAMS:2024:937
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Incident ex art. 217 Rv. Toewijzing vordering tot voeging van medewerkers aan de zijde van Stichting Hulptroepen Alliantie en Hulptroepen Alliantie B.V. in een door hen aangespannen hoofdzaak tegen de voormalig bestuurders
Op 16 april 2024 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een incident ex artikel 217 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De zaak betreft een vordering tot voeging van medewerkers aan de zijde van Stichting Hulptroepen Alliantie (SHA) en Hulptroepen Alliantie B.V. (HABV) in een hoofdzaak tegen de voormalig bestuurders van deze stichtingen. De medewerkers, die werkzaamheden hebben verricht voor SHA en HABV, vorderden toelating als gevoegde partij in de hoofdzaak, waarin SHA en HABV de bestuurders aansprakelijk stellen voor schade die voortvloeit uit de zogenaamde 'mondkapjesdeal' tijdens de coronacrisis. De rechtbank had de vordering van de medewerkers afgewezen, waarop zij in hoger beroep gingen.
Het hof oordeelde dat de medewerkers voldoende belang hebben bij voeging, omdat zij nadelige gevolgen kunnen ondervinden van de uitkomst van de hoofdzaak. De medewerkers hebben argumenten aangevoerd die hun belang bij voeging onderbouwen, waaronder hun aanspraken op nakoming van non-profit afspraken en de mogelijkheid om bij te dragen aan de feitenvaststelling in de hoofdzaak. Het hof heeft vastgesteld dat de medewerkers relevante kennis en bewijs hebben die van belang zijn voor de hoofdzaak.
De grieven van de medewerkers zijn gegrond bevonden, en het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd voor zover het de voeging van de medewerkers afwees. De medewerkers zijn nu toegestaan zich te voegen aan de zijde van SHA en HABV in de hoofdzaak. Het hof heeft de kosten van het geding tussen de medewerkers en de andere partijen gecompenseerd en de kosten van de procedure aan de zijde van de medewerkers vastgesteld. De uitspraak benadrukt het belang van proceseconomie en het voorkomen van tegenstrijdige beslissingen in complexe zaken.