ECLI:NL:GHAMS:2024:931
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de dagvaarding in hoger beroep wegens gebrekkige betekening
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 28 maart 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 8 april 2022, maar verscheen niet ter terechtzitting. Het hof heeft vastgesteld dat de dagvaarding in hoger beroep niet op de juiste wijze aan de verdachte is betekend. De advocaat-generaal overhandigde stukken waaruit bleek dat de dagvaarding op 14 februari 2024 naar een buitenlands adres was verzonden, terwijl de verdachte in de Basisregistratie Personen (BRP) stond ingeschreven op een ander adres in Nederland. De dagvaarding was op 21 februari 2024 aangeboden op het Nederlandse adres, maar de uitreiking was mislukt omdat de verdachte daar niet meer woonde. Het hof concludeert dat er geen bewijs is dat een afschrift van de dagvaarding naar het juiste adres is verzonden, zoals vereist door de wet. Hierdoor is de dagvaarding nietig verklaard, omdat de verdachte niet op de voorgeschreven wijze was opgeroepen om te verschijnen. Het hof heeft de dagvaarding in hoger beroep nietig verklaard, wat betekent dat de zaak niet verder kan worden behandeld.