In deze zaak heeft [appellant] aan [geïntimeerde] meerdere leningen verstrekt, die niet volledig zijn terugbetaald. In eerste aanleg heeft [appellant] terugbetaling van het openstaande bedrag gevorderd, vermeerderd met contractuele boetes, rente en kosten. De rechtbank heeft [geïntimeerde] veroordeeld tot betaling van de hoofdsom met rente en kosten, maar heeft de gevorderde contractuele boetes afgewezen. In hoger beroep heeft het hof de vordering tot betaling van de boetes alsnog toegewezen. Het hof oordeelt dat de boetes zijn verbeurd omdat de leningen niet volledig zijn afgelost aan het einde van de looptijd. De rechtbank had eerder geoordeeld dat er geen nieuwe overeenkomst tot stand was gekomen die de boetes zou uitsluiten. Het hof bevestigt dat de contractuele boetes van € 5.000,- per lening verschuldigd zijn, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de vervaldatum van de leningen. Het hof vernietigt het vonnis van de rechtbank voor zover het de boetes betreft en wijst deze alsnog toe, evenals de proceskosten in hoger beroep.