Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
- de op zijn naam staande bankrekeningen, onder de verplichting om de helft van de waarde op de peildatum aan de vrouw te voldoen. De man zal aan de vrouw inzicht verschaffen in het saldo op 24 december 2020 van de bankrekening met rekeningnummer [rekeningnummer 1] ;
- de restwaarde van de BMW, onder de verplichting om € 1.125,- aan de vrouw te voldoen;
5.De motivering van de beslissing
zelfstandig verzoekook voor het eerst in hoger beroep kan worden gedaan. De man is dan ook ontvankelijk in zijn verzoeken.
gewijzigde verzoekenkel door het hof als feitelijke instantie recht wordt gedaan. Het gemis van een feitelijke instantie is anders dan de vrouw betoogt op zichzelf dan ook niet doorslaggevend om een eiswijziging niet toe te staan en het bestaan van bijzondere omstandigheden waardoor een dergelijk gemis wel doorslaggevend zou zijn, is onvoldoende gesteld noch is hiervan gebleken. In hetgeen door de vrouw is aangevoerd, ziet het hof dan ook geen grond om de wijziging van de verzoeken wegens strijd met de eisen van een goede procesorde buiten beschouwing te laten, noch ziet het ambtshalve aanleiding voor een dergelijk oordeel.
De rechtbank stelt vast dat partijen een koopwoning hebben en alleen de man inkomsten heeft. Indien de man voor zover mogelijk (een deel van de) kosten van de voormalig echtelijke woning voor zijn rekening neemt, is er geen ruimte om daarnaast een kinderalimentatie te voldoen.”
WHEREAS I assure that no one either me or my any of the legal heirs other than you have any right or title in connection with this Settlement property.”.