Uitspraak
Onderzoek van de zaak
16 februari 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 12 september 2022 te Purmerend (zijn kind) [slachtoffer01] , heeft mishandeld door deze (met beide handen) om/bij de keel vast te pakken en/of te grijpen en/of vervolgens (met kracht) de keel vast te houden;
hij op of omstreeks 12 september 2022 te Purmerend [slachtoffer02] (zijn vrouw) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door die [slachtoffer02] dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga dood en ik neem jou ook mee", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op of omstreeks 12 september 2022 te Purmerend
- een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een (vuist)vuurwapen, van het merk Walther, type TPH, kaliber 6,35 mm zijnde een vuurwapen in de vorm van een geweer, revolver en/of pistool en/of
- munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten twee, scherpe centraal-vuur patronen van het kaliber 6,35 mm voorhanden heeft gehad.
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
hij op 12 september 2022 te Purmerend zijn kind [slachtoffer01] heeft mishandeld door deze met beide handen bij de keel te grijpen en vervolgens de keel vast te houden;
hij op 12 september 2022 te Purmerend [slachtoffer02] (zijn vrouw) heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door die [slachtoffer02] dreigend de woorden toe te voegen "Ik ga dood en ik neem jou ook mee", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op 12 september 2022 te Purmerend
- een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een vuurwapen, van het merk Walther, type TPH, kaliber 6,35 mm zijnde een vuurwapen in de vorm van een pistool en
- munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten twee patronen van het kaliber 6,35 mm, voorhanden heeft gehad.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
1 maand voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht.
(ex-)vrouw. De verdachte heeft inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van zijn dochter [slachtoffer01] en hij heeft zijn (ex-)vrouw angst aangejaagd. Daarnaast heeft de verdachte een vuurwapen en munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie voorhanden gehad. Het ongecontroleerde bezit van vuurwapens brengt onder burgers gevoelens van onveiligheid teweeg en vormt een ernstige inbreuk op de rechtsorde. Het is algemeen bekend dat vuurwapenbezit niet zelden leidt tot (ondeskundig) gebruik van dat vuurwapen, met alle ernstige gevolgen voor anderen van dien. Gelet op de toename van het vuurwapenbezit en het hoge gevaarzettende karakter daarvan dient daartegen streng te worden opgetreden.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
5 (vijf) maanden.
1 (één) maand, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
mr. N.M. Simons, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
16 februari 2024.