ECLI:NL:GHAMS:2024:3660

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
19 november 2024
Publicatiedatum
22 januari 2025
Zaaknummer
23-000818-24
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van mishandeling van levensgezel na veroordeling in eerste aanleg

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 19 november 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 14 maart 2024 was gewezen. De verdachte, geboren in 1992, had hoger beroep ingesteld tegen de veroordeling voor mishandeling van zijn levensgezel, die op of omstreeks 19 november 2022 zou hebben plaatsgevonden. De tenlastelegging omvatte het mishandelen van de levensgezel door haar met kracht bij de polsen, bovenarm en/of keel te pakken en/of daarin te knijpen. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman gehoord. Het hof heeft vastgesteld dat het vonnis waarvan beroep vernietigd moet worden, omdat het tot een andere beslissing komt dan de politierechter. Het hof is van oordeel dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het ten laste gelegde, en heeft de benadeelde partij, die zich had gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van € 600,00, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, aangezien de verdachte niet schuldig werd bevonden aan het tenlastegelegde handelen. De kosten worden door beide partijen zelf gedragen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000818-24
datum uitspraak: 19 november 2024
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 14 maart 2024 in de strafzaak onder parketnummer
13-166739-23 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1992,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
19 november 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en zijn raadsman naar voren hebben gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 19 november 2022, althans in de maand november 2022 te Amsterdam zijn levensgezel, [benadeelde], heeft mishandeld door haar met kracht bij de polsen en/of bij de bovenarm en/of bij de keel te pakken en/of daarin te knijpen.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de politierechter.

Vrijspraak

Met de advocaat-generaal en de raadsman is het hof van oordeel dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het ten laste gelegde.

Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]

De benadeelde partij heeft zich in eerste aanleg in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Deze bedraagt € 600,00. De vordering is bij het vonnis waarvan beroep geheel toegewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep opnieuw gevoegd voor het bedrag van de oorspronkelijke vordering.
De verdachte wordt niet schuldig verklaard ter zake van het tenlastegelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt. De benadeelde partij kan daarom in de vordering niet worden ontvangen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Bepaalt dat de verdachte en de benadeelde partij ieder hun eigen kosten dragen.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. I.A. Groenendijk, mr. M. Senden en mr. B.E. Dijkers, in tegenwoordigheid van
mr. L.M. van Leeuwen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 19 november 2024.