Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
“Alcohol and drug policyIt is forbidden to be under the influence of alcohol or drugs (narcotics) during the performance of work, or to possess and/or buy or sell drugs (narcotics). (...)Violation of these rules can lead to suspension or dismissal and in case of a serious violation even to immediate dismissal.”
Written statement of the Event that Took Place on 17 November 2022 – Written by [naam 3] 21 December 2022
On Thursday 17th of November, at around 16:00 my co-worker [naam 3] came to my office (…) she walked in, agitated, and nervous and she told me the following:
4.Beoordeling
Samengevat komen de grieven 1 tot en met 4 erop neer dat de kantonrechter ten onrechte op basis van de bewijslevering heeft vastgesteld (i) dat [appellant] aan [naam 3] heeft aangeboden drugs te gebruiken op kantoor bij [geïntimeerde] , en (ii) dat [appellant] [naam 3] heeft geprobeerd te zoenen, en overigens dat voor zover deze feitelijke vaststellingen van de kantonrechter juist zijn, deze gedragingen geen dringende reden voor ontslag op staande voet opleveren.
suspension), ontslag (
dismissal)en bij ernstige schending (
serious violation) tot ontslag op staande voet. Nu niet is komen vast te staan dat [appellant] zelf drugs heeft gebruikt op kantoor en tijdens werktijd, heeft [geïntimeerde] niet, althans onvoldoende onderbouwd waarom het aanbod van [appellant] aan [naam 3] om drugs te gebruiken kwalificeert als een zodanige ‘
serious violation’ dat op grond van haar eigen beleidsregels niet volstaan kon worden met een lichtere sanctie zoals een schorsing, een waarschuwing of een ‘gewoon’ ontslag, te weten een ontbinding. Door [geïntimeerde] zijn geen feiten en omstandigheden gesteld die meebrengen dat– ook zonder genoemd beleid – het in een tweegesprek voorstellen om samen drugs te gaan gebruiken op zichzelf een dringende reden voor ontslag op staande voet oplevert in de context waarin deze gebeurtenis zich zou hebben voorgedaan.
zodanigverwijtbaar is, dat dit de zwaarste sanctie in het ontslagrecht rechtvaardigt, te weten een ontslag op staande voet. Het hof oordeelt dat dat niet het geval is, omdat het hof van oordeel is dat [geïntimeerde] een andere reactie had behoren te kiezen.
5.Beslissing
- in de zaak met nummer 10265295 EA VERZ 23-6 begroot op € 1.058,00 wegens salaris;
- in de zaak met nummer 10267100 EA VERZ 23-13 begroot op € 1.058,00 wegens salaris en € 87,00 wegens verschotten;