In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 13 december 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1984 en zonder bekende woon- of verblijfplaats, was aangeklaagd voor het varen van een motorboot onder invloed van alcohol op 6 augustus 2022. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte op een scheepvaartweg in Amsterdam, het IJdok, een varend schip heeft bestuurd met een alcoholgehalte van 705 microgram per liter uitgeademde lucht, wat aanzienlijk boven de toegestane limiet ligt. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een geldboete van € 1.200,00 of 22 dagen hechtenis. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal dezelfde straf gevorderd. Het hof heeft de eerdere veroordeling vernietigd en het bewezenverklaarde als strafbaar gekwalificeerd. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 1.000,00 en 20 dagen hechtenis, waarbij het hof het gevaarlijke gedrag van de verdachte op het water zwaar heeft meegewogen. De verdachte had eerder al onherroepelijk een veroordeling op zijn naam staan, wat ook in de strafmaat is meegenomen. Het hof heeft de zaak behandeld in een openbare zitting, waarbij de uitspraak is gedaan door een meervoudige strafkamer.