ECLI:NL:GHAMS:2024:332

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
31 januari 2024
Publicatiedatum
15 februari 2024
Zaaknummer
23-002509-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep na volledige uitzitting van de straf

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 31 januari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 8 september 2023. De verdachte, geboren in 1995, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank, waarin hij was veroordeeld in meerdere strafzaken. Tijdens de zitting op 31 januari 2024 heeft de advocaat-generaal gevorderd de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep, op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. Dit omdat de verdachte zijn gevangenisstraf inmiddels volledig had uitgezeten en geen belang meer had bij het hoger beroep.

Het hof heeft vastgesteld dat de voorlopige hechtenis van de verdachte op 4 december 2023 was opgeheven, omdat de opgelegde straf volledig was uitgezeten. De raadsman van de verdachte heeft tijdens de zitting aangevoerd dat de verdachte niet-ontvankelijk verklaard dient te worden in het hoger beroep, gezien het feit dat hij geen belang meer heeft bij de procedure. Het hof heeft, na het horen van de advocaat-generaal en het constateren dat er geen rechtens te respecteren belang meer was voor nader onderzoek, besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep.

De beslissing van het hof is als volgt: de verdachte wordt niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. Dit arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de meervoudige strafkamer aanwezig was. De uitspraak is gedaan door de rechters M.J.A. Duker, N.R.A. Meerbeek en D. Greven, met mr. E.C. Damo als griffier. Mrs. Duker en Greven waren niet in staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002509-23
datum uitspraak: 31 januari 2024
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 8 september 2023 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 13-121673-23 (zaak A), 13-045956-23 (zaak B), 13-053712-22 (zaak C) en 13-252869-22 (TUL) tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 1995,
adres: [adres01] .
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 31 januari 2024.
De advocaat-generaal heeft gevorderd de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het ingestelde hoger beroep onder toepassing van artikel 416, tweede lid, Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv).

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep is aangevangen op 31 oktober 2023. Op voornoemde terechtzitting is besloten de voorlopige hechtenis van de verdachte op te heffen met ingang van de expiratiedatum van 4 december 2023, aangezien de aan de verdachte door de rechtbank opgelegde straf op dat moment volledig zou zijn uitgezeten.
De raadsman heeft op de terechtzitting van 31 januari 2024 namens de verdachte naar voren gebracht dat hij op grond van artikel 416, tweede lid, Sv, niet-ontvankelijk wenst te worden verklaard in het hoger beroep omdat hij de door de rechtbank opgelegde gevangenisstraf inmiddels volledig heeft uitgezeten en geen belang meer heeft bij het ingestelde hoger beroep.
Naar aanleiding daarvan en nu het hof ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig nader onderzoek van de zaak en gehoord de advocaat-generaal zal de verdachte, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, Sv, niet-ontvankelijk worden verklaard in het ingestelde hoger beroep.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.J.A. Duker, mr. N.R.A. Meerbeek en mr. D. Greven, in tegenwoordigheid van mr. E.C. Damo, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 31 januari 2024.
Mrs. M.J.A. Duker en D. Greven zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.