ECLI:NL:GHAMS:2024:288

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
6 februari 2024
Publicatiedatum
9 februari 2024
Zaaknummer
23-000492-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verduistering van iPhones door vrachtwagenchauffeur met valse aangifte

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 6 februari 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, een vrachtwagenchauffeur, was beschuldigd van verduistering van 7.900 iPhones met een totale retailwaarde van € 5,2 miljoen. De verdachte had de iPhones geladen in zijn vrachtwagen, maar deze niet afgeleverd op de afgesproken locatie. In plaats daarvan deed hij een valse aangifte van diefstal en wederrechtelijke vrijheidsberoving. Het hof bevestigde het vonnis van de rechtbank, met uitzondering van de opgelegde straf, en schrapte een passage uit het vonnis waarvan beroep. De rechtbank had de verdachte in eerste aanleg veroordeeld tot 14 maanden gevangenisstraf, maar het hof matigde de straf tot 11 maanden, rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn in zowel de eerste aanleg als het hoger beroep. Het hof oordeelde dat de verdachte de betrokken bedrijven veel schade had toegebracht en het vertrouwen dat zij in hem hadden geschaad. De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 63 en 322 van het Wetboek van Strafrecht. De beslissing van het hof houdt in dat de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, in mindering zal worden gebracht op de opgelegde gevangenisstraf. Het arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier, mr. I.A. de Bruijne.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000492-21
datum uitspraak: 6 februari 2024
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 12 februari 2021 in de strafzaak onder parketnummer 15-181529-18 tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] ( [geboorteland01] ) op [geboortedatum01] 1975,
adres: [adres01] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 23 januari 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen behalve ten aanzien van de op te leggen straf -in zoverre zal het vonnis worden vernietigd- en met dien verstande dat het hof de navolgende passage op pagina 3 en 4 van het vonnis waarvan beroep schrapt:
"Ten slotte volgt uit de bij [bedrijf01] opgevraagde camerabeelden dat in de periode van 16:14 uur tot 18:45 uur geen persoon is te zien die gelijkenis vertoont met verdachte, terwijl verdachte heeft aangegeven langs het gebouw van [bedrijf01] te zijn gelopen."
Nu de benadeelde partijen in eerste aanleg niet-ontvankelijk zijn verklaard in hun vorderingen en niet is gebleken dat zij zich op grond van het bepaalde in artikel 421, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering in hoger beroep (wederom) als benadeelde partij in dit strafproces hebben gevoegd, kunnen de vorderingen buiten beschouwing blijven.

Oplegging van straf

De rechtbank heeft de verdachte voor het in eerste aanleg subsidiair bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 14 maanden met aftrek van voorarrest.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte voor het primair ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 11 maanden met aftrek van voorarrest.
De raadsman heeft in het kader van de strafmaat verzocht te volstaan met een straf gelijk aan de tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, rekening houdende met zijn persoonlijke omstandigheden en de overschrijding van de redelijke termijn in eerste aanleg en in hoger beroep.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en gelet op de persoon van de verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan verduistering van 7.900 iPhones met een retailwaarde van € 5,2 miljoen, die hij uit hoofde van zijn beroep onder zich had. Hij heeft de iPhones geladen in zijn vrachtwagen en heeft deze vervolgens niet afgeleverd op de locatie waar hij deze moest afleveren. Hierna heeft hij een valse aangifte gedaan van diefstal en wederrechtelijke vrijheidsberoving. Met zijn handelen heeft de verdachte de betrokken bedrijven veel schade toegebracht en inbreuk gemaakt op hun eigendomsrecht. Daarnaast heeft hij het vertrouwen, dat deze bedrijven in hem als vrachtwagenchauffeur hadden gesteld, ernstig geschaad. Het hof neemt dit de verdachte zeer kwalijk.
Het hof acht gelet op het voorgaande in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden passend en geboden. Hierin ligt besloten dat het hof noch in hetgeen door de raadsman ter terechtzitting naar voren is gebracht, noch overigens aanleiding ziet om te volstaan met een straf gelijk aan de tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht zoals de raadsman heeft bepleit.
Het hof heeft acht geslagen op het de verdachte betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 11 januari 2024, waaruit volgt dat de verdachte niet eerder voor een soortgelijk feit is veroordeeld. Het hof constateert dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is, nu aan de verdachte na het onderhavige feit een strafbeschikking is opgelegd.
Het hof stelt verder vast dat zowel in eerste aanleg als in hoger beroep de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, EVRM is overschreden. De verdachte is op 11 september 2018 in verzekering gesteld. De rechtbank heeft op 12 februari 2021 vonnis gewezen. De redelijke termijn van twee jaar is daarmee in eerste aanleg overschreden met 5 maanden. Voorts is namens de verdachte op 25 februari 2021 hoger beroep ingesteld, terwijl het hof eerst thans arrest wijst. In hoger beroep is de redelijke termijn daarmee overschreden met bijna 1 jaar. Het hof zal daarom de hiervoor genoemde gevangenisstraf matigen.
Alles afwegende acht het hof een gevangenisstraf voor de duur van 11 maanden met aftrek van voorarrest passend en geboden.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 63 en 322 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep ten aanzien van de op te leggen straf en doet in zoverre opnieuw recht.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
11 (elf) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep voor het overige, met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.M.P. Geelhoed, mr. A.E. Kleene-Krom en mr. P.C. Verloop, in tegenwoordigheid van mr. I.A. de Bruijne, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 6 februari 2024.
De jongste raadsheer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]