ECLI:NL:GHAMS:2024:2838

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
10 oktober 2024
Publicatiedatum
12 oktober 2024
Zaaknummer
23-001722-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenarrest inzake verduidelijking IP-adres in hoger beroep tegen vonnis politierechter

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 10 oktober 2024 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1967, heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 9 juni 2021. Tijdens de terechtzitting in hoger beroep op 26 september 2024 is gebleken dat het onderzoek niet volledig is geweest. Het hof heeft vastgesteld dat er behoefte is aan een technische verduidelijking met betrekking tot een specifiek IP-adres dat in de zaak aan de orde is. Dit IP-adres zou terug te leiden zijn naar de ICT-afdeling van een betrokken zorginstelling. Het hof heeft vragen geformuleerd over de herleidbaarheid van het IP-adres naar een specifieke locatie, apparaat en persoon. Het hof heeft de advocaat-generaal opgedragen om deze vragen te laten beantwoorden door de juiste instantie of persoon. Het onderzoek is heropend en zal op een nader te bepalen datum worden hervat. De verdachte, zijn raadsvrouw en de benadeelde partij zullen worden opgeroepen voor deze zitting.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001722-21
datum uitspraak: 10 oktober 2024
TEGENSPRAAK
Tussenarrestvan het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 9 juni 2021 in de strafzaak onder parketnummer 13-305627-20 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1967,
adres: [adres 1].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 26 september 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsvrouw naar voren hebben gebracht.
Op de terechtzitting in hoger beroep van 26 september 2024 is het onderzoek in deze strafzaak gehouden en gesloten.
Tijdens de beraadslaging is gebleken dat het onderzoek niet volledig is geweest. Het hof acht het noodzakelijk om een (technische) verduidelijking te krijgen met betrekking tot – kort gezegd – het IP-adres [ip-adres]. Volgens het proces-verbaal ‘relaas’ volgt uit het CIOT-rapport dat het gebruik van dit IP-adres is ‘terug te leiden naar de ICT-afdeling van de betrokken zorginstelling [instelling]’ (zie doorgenummerde pagina 4, pagina 25 en pagina 179 van het procesdossier). Het hof wenst antwoord te krijgen op de volgende vragen:
- in het CIOT-rapport met betrekking tot dit IP-adres (pagina 25 procesdossier) wordt als adres vermeld ‘[adres 2]’ en als ‘aanbieder’ ‘[bedrijf] BV’. De kennelijke stelling van de politie/ het openbaar ministerie is dat het IP-adres is gebruikt in Amstelveen. Kan in het licht van het voorgaande nader worden geduid wat wordt bedoeld met ‘terug te leiden naar de ICT-afdeling van de betrokken zorginstelling’?
- is dit IP-adres te koppelen aan de [instelling] locatie [adres 3]?
- is dit IP-adres te koppelen aan een specifiek apparaat en zo ja, welk (soort) apparaat?
- is dit IP-adres te herleiden tot een medewerker van [instelling] en/of een ander persoon en zo ja, wie?
Het hof draagt de advocaat-generaal op het ertoe te leiden dat deze vragen worden beantwoord door de daartoe geëigende persoon of instantie.
Het hof zal daartoe het onderzoek heropenen, schorsen en de hervatting van het onderzoek ter terechtzitting op een nader te bepalen datum gelasten.

Beslissing

Het hof:
Heropent het gesloten onderzoek, schorst dit in het belang ervan en beveelt de hervatting van het onderzoek op een nader te bepalen terechtzitting.
Draagt de advocaat-generaal op het ertoe te leiden dat de hiervoor vermelde vragen worden beantwoord door de daartoe geëigende persoon of instantie.
Beveelt de oproeping van de verdachte, de raadsvrouw van verdachte en de benadeelde partij tegen de nog nader te bepalen terechtzitting.
Stelt de stukken met het oog op vorenstaande in handen van de advocaat-generaal.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. D.A.C. Koster, mr. M.L.M. van der Voet en mr. T. de Bont, in tegenwoordigheid van
mr. R.J. den Arend, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
10 oktober 2024.
=========================================================================
[…]