Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
2.Het verloop van het geding
2.Rechtsmacht en toepasselijk recht
3.Feiten
grief 1over de juistheid van één van de opgesomde feiten en dat die opsomming onvolledig is. Het hof neemt daar nota van en gaat, voor zover niet in geschil en voor de beoordeling van belang, uit van de volgende feiten.
PbEU2022, L 87 I.) met onder meer uitvoer- en handelsbeperkingen voor luxegoederen, waaronder pleziervaartuigen als waar het hier om gaat. Daarbij is wederom aanspraak gemaakt op terugbetaling van de eerste termijn en verzocht om een kostenspecificatie.
4.Beoordeling in eerste aanleg
5.Beoordeling in hoger beroep
for the avoidance of any doubtbevestigd. Het door [geïntimeerde] nadien gestelde voorwaardelijke karakter van zijn opzegging valt niet te rijmen met het onvoorwaardelijk karakter van zijn aanspraak op terugbetaling van de eerste termijn. Verder is het hem kennelijk alleen nog erom te doen dat Conyplex ter verrekening opgaaf doet van haar kosten. Aan deze uitleg doet niet af dat Conyplex in de communicatie die op de brief van 7 december 2021 is gevolgd de opzegging niet meteen, althans niet zonder meer, heeft aanvaard. Zoals de kantonrechter met juistheid heeft overwogen, is niet vereist dat de wederpartij een opzegging aanvaardt. Voor een opzegging is enkel vereist dat de wil om de overeenkomst te beëindigen zich door een verklaring heeft geopenbaard (artikel 3:33 BW). Aan dat vereiste is met de brief van 7 december 2021 voldaan. De grief heeft dus succes.
Grief 4houdt een vermeerdering in van haar vordering: zij vordert thans € 53.400, te vermeerderen met primair de wettelijke handelsrente. Zij voert aan dat de koop-/aanneemsom is opgebouwd uit een winstdeel van 20% en een kostendeel van € 1.168.000. Zij stelt dat zij € 53.4000 aan engineeringskosten heeft gemaakt, zodat voor haar uit de opzegging een kostenbesparing is voortgevloeid van (€ 1.168.000 – € 53.400 =) € 1.114.600. Dat brengt haar op een door [geïntimeerde] verschuldigde opzeggingsvergoeding van (€ 1.460.000 – € 1.114.600 =) € 345.400, waarop na de reeds ontvangen betaling van € 292.000 nog het gevorderde bedrag resteert van (€ 345.400 – € 292.000 =) € 53.400.