ECLI:NL:GHAMS:2024:2735
Gerechtshof Amsterdam
- Raadkamer
- A.M.P. Geelhoed
- A.W.T. Klappe
- D.A.G. van Toor
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van kosten rechtsbijstand en toewijzing van vergoeding in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 24 september 2024 uitspraak gedaan in het hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 29 juni 2023. Het hoger beroep werd ingesteld door de appellant, die verzocht om vergoeding van kosten in verband met rechtsbijstand, gederfde inkomsten en schade aan een televisie. De rechtbank had eerder enkele verzoeken toegewezen, maar ook andere verzoeken afgewezen. Het hof heeft de processtukken bestudeerd en de advocaat-generaal gehoord tijdens de openbare behandeling. De appellant en zijn advocaat waren niet aanwezig in de raadkamer.
Het hof oordeelde dat de kosten voor rechtsbijstand die na het sepot van de strafzaak zijn gemaakt, niet voor vergoeding in aanmerking komen. Het hof heeft echter wel gronden van billijkheid gevonden voor een beperkte vergoeding van rechtsbijstandskosten, en heeft besloten om een bedrag van € 834,88 toe te kennen aan de appellant. De overige verzoeken werden afgewezen. De beschikking van de rechtbank is vernietigd en het hof heeft opnieuw recht gedaan, waarbij het hof de onverwijlde betekening van de beschikking aan de appellant heeft bevolen.
De uitspraak benadrukt het belang van tijdigheid en relevantie van de gemaakte kosten in relatie tot de strafzaak, en de rol van billijkheid in de beoordeling van verzoeken om schadevergoeding.