Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
- de huurovereenkomst tussen [appellant] en [geïntimeerden] zal ontbinden;
- [geïntimeerden] zal veroordelen om het gehuurde binnen drie dagen na betekening van het te wijzen arrest te ontruimen;
- [geïntimeerden] hoofdelijk zal veroordelen om aan [appellant] te betalen € 20.449,61, te vermeerderen met wettelijke rente;
- [geïntimeerden] hoofdelijk zal veroordelen tot betaling aan [appellant] van een gebruiksvergoeding van € 1.000,00 voor elke maand of gedeelte daarvan dat [geïntimeerden] vanaf 1 november 2022 in gebreke zullen blijven het gehuurde te ontruimen;
- met veroordeling van [geïntimeerden] in de kosten van het geding in beide instanties, met nakosten en rente.
3.Feiten
4.Eerste aanleg
5.Beoordeling
tegendeelbewijste leveren.
“ik heb al zat betaal[d]”) volgt dat er een afspraak was die kosten voor [appellant] met zich bracht, maar waarvan [appellant] op dat moment vond dat die kosten te hoog werden. [appellant] stelt dat dit bericht slechts betrekking heeft op de verrekening van de kosten van isolatie van het gehuurde. Het hof acht dit, gezien de staat van de rest van het gehuurde, onaannemelijk.