ECLI:NL:GHAMS:2024:2442

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
6 augustus 2024
Publicatiedatum
3 september 2024
Zaaknummer
200.321.253/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake de ontbinding van een koopovereenkomst van een auto en de vraag naar non-conformiteit

In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Just Drive I B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland, waarin de koopovereenkomst van een auto door de geïntimeerde, een eenmanszaak, rechtsgeldig is ontbonden. De kernvraag is of de auto ten tijde van de levering voldeed aan de overeenkomst. De geïntimeerde heeft een auto gekocht van Just Drive, maar na de levering zijn er verschillende gebreken aan de auto geconstateerd. Just Drive heeft deze gebreken kosteloos hersteld, maar de geïntimeerde heeft uiteindelijk de koopovereenkomst ontbonden. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de ontbinding rechtsgeldig was, maar Just Drive is in hoger beroep gegaan.

Tijdens de procedure in hoger beroep heeft Just Drive aangevoerd dat de auto ten tijde van de levering voldeed aan de overeenkomst en dat de geïntimeerde niet voldoende heeft aangetoond dat er sprake was van non-conformiteit. Het hof heeft vastgesteld dat de geïntimeerde niet heeft bewezen dat de gebreken al aanwezig waren op het moment van levering. Bovendien heeft het hof geoordeeld dat de geïntimeerde niet in de gelegenheid is gesteld om de gebreken te laten onderzoeken door Just Drive, wat ook een rol speelt in de beoordeling van de non-conformiteit.

Uiteindelijk heeft het hof de grief van Just Drive gegrond verklaard, het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de vorderingen van de geïntimeerde afgewezen. De geïntimeerde is veroordeeld in de proceskosten van het geding in beide instanties. Dit arrest is gewezen op 6 augustus 2024.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I
zaaknummer : 200.321.253/01
zaaknummer rechtbank Noord-Holland : 9973580\CV EXPL 22-3931
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 6 augustus 2024
in de zaak van
JUST DRIVE I B.V.,
gevestigd te Haarlem,
appellante,
advocaat: mr. S.K. Tuithof te Haarlem,
tegen
[geïntimeerde] ,
h.o.d.n. [bedrijf] ,
wonende te [plaats] ,
geïntimeerde,
advocaat: mr. J. Verbeeke te Gouda.
Partijen worden hierna Just Drive en [geïntimeerde] genoemd.

1.De zaak in het kort

[geïntimeerde] heeft op naam van haar eenmanszaak bij Just Drive een auto gekocht. De auto vertoont na levering verschillende gebreken die door/op kosten van Just Drive worden hersteld. Na verloop van tijd doet zich weer een probleem voor, waarvan [geïntimeerde] drie maanden later melding maakt bij Just Drive. [geïntimeerde] ontbindt vervolgens de koopovereenkomst. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de koopovereenkomst rechtsgeldig is ontbonden. Hier komt Just Drive in hoger beroep tegenop. De kernvraag is of de auto ten tijde van de levering voldeed aan de overeenkomst. [geïntimeerde] heeft onvoldoende (onderbouwd) gesteld om tot non-conformiteit te komen.

2.Het geding in hoger beroep

Just Drive is bij dagvaarding van 29 december 2022 in hoger beroep gekomen van een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem (hierna: de kantonrechter), van 9 november 2022, onder bovenvermeld zaaknummer gewezen tussen [geïntimeerde] als eiseres en Just Drive als gedaagde (hierna: het bestreden vonnis).
Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:
- memorie van grieven, met producties;
- memorie van antwoord, met producties.
Partijen hebben de zaak tijdens de mondelinge behandeling van 31 januari 2024 laten toelichten, Just Drive door mr. S.K. Tuithof voorgenoemd, en [geïntimeerde] door mr. J. Verbeeke voorgenoemd.
Ten slotte is arrest gevraagd.
Just Drive heeft geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en de vorderingen van [geïntimeerde] alsnog zal afwijzen, met veroordeling van [geïntimeerde] in de kosten van het geding in beide instanties met nakosten.
[geïntimeerde] heeft geconcludeerd tot bekrachtiging van het bestreden vonnis, met - uitvoerbaar bij voorraad - veroordeling van Just Drive in de kosten van het geding in hoger beroep.
Beide partijen hebben in hoger beroep bewijs van hun stellingen aangeboden.

3.Feiten

Samengevat komen de feiten die, als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist, zijn komen vast te staan voor zover voor de beslissing relevant op het volgende neer.
3.1
Just Drive is een bedrijf dat onder meer handelt in auto’s
3.2
[geïntimeerde] heeft een eenmanszaak genaamd ‘ [bedrijf] ’.
3.3
[geïntimeerde] heeft van Just Drive een [auto] (uit april 2016) met kenteken [x] (hierna: de auto) gekocht voor een bedrag van € 11.080,- exclusief btw.
3.4
Ook hebben [geïntimeerde] , Just Drive (Hollandia Auto Lease) en Hiltermann Lease een leaseovereenkomst gesloten voor een deel van de koopprijs.
3.5
De levering van de auto door Just Drive aan [geïntimeerde] vond plaats op 6 juli 2020.
3.6
Het eerste defect - dat zich direct na levering manifesteerde - aan de koppeling of motor van de auto is door Just Drive kosteloos hersteld.
3.7
In augustus 2020 is een tweede defect aan (de koppeling van de) auto gerepareerd op kosten van dan wel door Just Drive.
3.8
Een derde defect had betrekking op de versnellingsbak en openbaarde zich in december 2020. De auto heeft voor reparatie tussen december 2020 en half maart 2021 bij Just Drive gestaan. [geïntimeerde] heeft voor deze reparatie € 650,- betaald.
3.9
Een week nadat [geïntimeerde] de auto terug had - op 23 maart 2021 - meende zij wederom een probleem te ervaren met de auto, waarop zij de auto naar een derde (hierna: de garage) heeft gebracht om deze na te kijken op eventuele gebreken.
3.1
De garage heeft op 8 april 2021 het volgende geconstateerd:
- versnellingsbak is niet nieuw
- versnellingsbak schakelt zwaar en vertoont lekkagesporen
- koppeling werkt naar behoren
- motor maakt lawaai (te weinig olie in de motor, geen lekkages dus vermoedelijk olieverbruik
- storingslampje brandt; katalysator is defect
- fuseekogelhoes lv defect
3.11
De garage heeft de motorolie bijgevuld, waarna [geïntimeerde] de auto weer in gebruik heeft genomen.
3.12
Op 6 juli 2021 heeft de gemachtigde van [geïntimeerde] per e-mail contact opgenomen met Just Drive over gebreken dan wel problemen met de auto die tot op heden niet zouden zijn opgelost.
3.13
Op 7 juli 2021 heeft Just Drive per e-mail aan de gemachtigde van [geïntimeerde] bericht dat haar geen gebreken bekend zijn, maar dat [geïntimeerde] een afspraak kan maken in de werkplaats zodat ernaar gekeken kan worden.
3.14
Op 8 juli 2021 heeft [geïntimeerde] Just Drive per e-mail over de constateringen van de garage geïnformeerd en Just Drive in gebreke gesteld.
3.15
Op 17 juli 2021 is de auto stilgevallen en weggesleept.
3.16
Op 23 juli 2021 heeft [geïntimeerde] de koopovereenkomst met Just Drive buitengerechtelijk ontbonden.
3.17
Op 20 augustus 2021 heeft Hiltermann Lease de leaseovereenkomst ontbonden omdat [geïntimeerde] een betalingsachterstand had laten ontstaan.

4.Eerste aanleg

4.1
[geïntimeerde] heeft in eerste aanleg primair gevorderd dat de kantonrechter voor recht verklaart dat de koopovereenkomst met Just Drive rechtsgeldig is ontbonden en subsidiair dat de kantonrechter de overeenkomst tussen partijen ontbindt. In beide gevallen heeft [geïntimeerde] gevorderd om Just Drive te veroordelen (i) om al hetgeen door [geïntimeerde] krachtens de overeenkomst aan Just Drive is betaald aan [geïntimeerde] terug te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf de dag der betaling door [geïntimeerde] , althans vanaf een door de rechtbank in goede justitie te bepalen datum tot aan de dag der voldoening, (ii) binnen 7 dagen na betekening van het vonnis medewerking te verlenen aan de teruggave van de auto door middel van overschrijving van het kentekenbewijs op naam van Just Drive en door medewerking van bezitsverschaffing van de auto met sleutel aan Just Drive, op straffe van een dwangsom van € 250,- per dag, met een maximum van € 10.000,-, (iii) tot het betalen van schade, bestaande uit verzekeringspremies van € 38,77 per maand, vanaf 1 juli 2021 tot aan de dag dat het voertuig middels overschrijving van het kentekenbewijs op naam van gedaagde staat, (iv) tot het betalen van de buitengerechtelijke kosten ad € 656,18 inclusief btw, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding en (v) in de kosten van het geding, met nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente over de proceskosten, te rekenen vanaf veertien dagen na betekening van het vonnis, tot aan de dag van de algehele voldoening.
4.2
Just Drive is in eerste aanleg in de procedure verschenen, maar heeft geen verweer gevoerd tegen de vordering van [geïntimeerde] . De kantonrechter heeft geoordeeld dat de koopovereenkomst rechtsgeldig is ontbonden. De vorderingen van [geïntimeerde] zijn daarom integraal toegewezen, met dien verstande dat de wettelijke rente over de hoofdvordering en de buitengerechtelijke kosten is verschuldigd vanaf de dag der dagvaarding - 15 juni 2022 - tot aan de dag der algehele voldoening. Ook heeft de kantonrechter de gevorderde dwangsom gematigd tot € 200,- per dag en gemaximeerd op € 6.000,-.

5.Beoordeling

5.1
Just Drive heeft in hoger beroep één grief aangevoerd. Samengevat en voor zover voor de beslissing van belang heeft Just Drive het volgende aangevoerd. De koopovereenkomst tussen partijen is niet rechtsgeldig buitengerechtelijk ontbonden. De auto beantwoordde ten tijde van de levering aan de overeenkomst. Voor zover later gebreken zijn ontstaan, is Just Drive (nagenoeg) kosteloos tot herstel overgegaan. Dat na een lange periode en veel gereden kilometers mogelijk gebreken zijn ontstaan, komt voor rekening en risico van [geïntimeerde] . Bovendien heeft Just Drive niet de mogelijkheid gekregen de door de garage vermeend vastgestelde gebreken te onderzoeken en herstellen, terwijl zij dit wel heeft aangeboden aan [geïntimeerde] .
Geen verstekvonnis
5.2
Just Drive voert aan dat zij formeel in de procedure in eerste aanleg is verschenen, maar dat de rechtbank haar conclusie van antwoord nooit heeft ontvangen. Daarom heeft zij geen verweer gevoerd tegen de door [geïntimeerde] in eerste aanleg ingestelde vordering en heeft de kantonrechter in feite een verstekvonnis gewezen. De kantonrechter had volgens Just Drive gelet op het voorgaande de vordering van [geïntimeerde] moeten toetsen aan artikel 139 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Deze stelling mist feitelijke grondslag. Gelet op het feit dat Just Drive in de procedure in eerste aanleg is verschenen, is sprake van een vonnis op tegenspraak. Dat Just Drive geen verweer heeft gevoerd tegen de vordering van [geïntimeerde] maakt dit niet anders.
Geen consumentenkoop
5.3
[geïntimeerde] betoogt dat de koopovereenkomst tussen partijen kwalificeert als een consumentenkoop. De auto staat niet op de balans van haar eenmanszaak en zij gebruikt de auto zowel privé als zakelijk. Volgens Just Drive is geen sprake van een consumentenkoop omdat [geïntimeerde] de auto op naam van haar eenmanszaak heeft gekocht.
5.4
Ingevolge artikel 7:5 lid 1 sub a van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan van een consumentenkoop sprake zijn als de koper, natuurlijk persoon, handelt voor doeleinden buiten zijn bedrijfs- of beroepsactiviteit. Wanneer de koper wel (mede) ten behoeve van een bedrijf of beroep handelt, zijn de consumentenkoopregels niet van toepassing (HvJ EG 20 januari 2005, ECLI:EU:C:2005:32, Gruber/Bay Wa).
5.5
Het hof is van oordeel dat de tussen partijen gesloten overeenkomst niet kwalificeert als een consumentenkoop in de zin van artikel 7:5 lid 1 sub a BW. Daartoe is redengevend dat [geïntimeerde] de auto heeft gekocht op naam van haar eenmanszaak en deze procedure met opgave van die hoedanigheid van haar eenmanszaak heeft aangespannen. Tegen deze achtergrond bezien heeft [geïntimeerde] haar betoog dat sprake is van een consumentenkoop onvoldoende toegelicht. Dat [geïntimeerde] de auto niet op de balans van haar eenmanszaak heeft opgenomen is niet van beslissende invloed op de kwalificatie van de overeenkomst.
5.6
Op grond van artikel 150 Rv jo. artikel 7:10 BW is het daarom aan [geïntimeerde] om te stellen en zo nodig te bewijzen dat de auto ten tijde van de levering niet voldeed aan de overeenkomst.
Geen gebrek ten tijde van de levering
5.7
Partijen zijn het erover eens dat de auto na levering tenminste driemaal gebreken heeft vertoond, namelijk direct na de levering in juli 2020, in augustus 2020 en in december 2020. Deze gebreken zijn kennelijk afdoende hersteld. In onderhavige procedure zijn derhalve alleen de door de garage geconstateerde problemen (zie 3.10) nog onderwerp van geschil.
5.8
[geïntimeerde] is er naar het oordeel van het hof niet in geslaagd voldoende te stellen en aannemelijk te maken dat de op 8 april 2021 geconstateerde problemen al aanwezig waren op het moment van levering van de auto op 6 juli 2020.
5.9
Voor zover [geïntimeerde] betoogt dat het stilvallen van de auto op 19 juli 2021 het gevolg was van een gebrek dat al aanwezig was ten tijde van de levering, overweegt het hof als volgt. Desgevraagd heeft [geïntimeerde] ter zitting in hoger beroep verklaard dat zij de problemen niet heeft laten verhelpen toen deze werden geconstateerd en dat zij met de auto is blijven rijden totdat deze stilviel en moest worden weggesleept op 17 juli 2021. De garage had de motorolie namelijk bijgevuld en gezegd dat zij gewoon met de auto kon blijven rijden. [geïntimeerde] heeft de stand van de motorolie zelf niet meer gecontroleerd of aangevuld omdat zij niet wist dat zij dit behoorde te doen. Tegen deze achtergrond heeft [geïntimeerde] onvoldoende gesteld en onderbouwd dat het stilvallen van de auto het gevolg is geweest van een gebrek dat al bestond op het moment van levering. Immers is goed denkbaar dat een oorzakelijk verband bestaat tussen het drie maanden lang rijden met een auto die vermoedelijk olie verbruikt (zonder het oliepeil te controleren) en het stilvallen van die auto.
5.1
Omdat [geïntimeerde] op dit punt niet aan haar stelplicht heeft voldaan, wordt niet aan bewijslevering toegekomen. De non-conformiteit is daarmee niet komen vast te staan.
Ontbinding niet gerechtvaardigd
5.11
Aangezien van non-conformiteit niet is gebleken, bestond voor ontbinding van de overeenkomst door [geïntimeerde] geen grond.
5.12
Overigens overweegt het hof dat zelfs als zou komen vast te staan dat de onder 3.10 genoemde problemen al bestonden ten tijde van de levering van de auto, nog niet kan worden aangenomen dat deze gebreken zo ernstig waren dat zij de ontbinding van de overeenkomst rechtvaardigen. [geïntimeerde] reed immers al een jaar in de auto. Daarbij zijn de eerder vastgestelde gebreken door Just Drive hersteld en heeft Just Drive per e-mail op 7 juli 2021 aangegeven dat [geïntimeerde] een afspraak kon maken voor onderzoek naar eventuele gebreken. [geïntimeerde] heeft Just Drive een dag later - op 8 juli 2021 - pas verteld over de problemen die de garage drie maanden eerder had geconstateerd. [geïntimeerde] heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de auto te laten onderzoeken en heeft Just Drive dus ook niet in de gelegenheid gesteld de problemen te herstellen.
5.13
Het voorgaande leidt ertoe dat de grief van Just Drive slaagt. Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd. [geïntimeerde] is in het hoger beroep in het ongelijk gesteld en zal daarom worden veroordeeld in de proceskosten in het geding in beide instanties. Het hof stelt deze kosten als volgt vast:
- explootkosten € 105,31
- griffierecht € 783,-
- salaris advocaat € 2.428,- (tarief 2, twee punten)
Totaal € 3.316,31

6.Beslissing

Het hof:
vernietigt het bestreden vonnis;
en opnieuw rechtdoende:
wijst de vorderingen van [geïntimeerde] alsnog af;
veroordeelt [geïntimeerde] in de kosten van het geding in beide instanties, tot op heden aan de zijde van Just Drive vastgesteld op:
- € 0,- voor de eerste aanleg,
- € 3.316,31 voor het hoger beroep,
- € 178,- voor nasalaris,
te vermeerderen met € 92,- voor nasalaris en de kosten van het betekeningsexploot ingeval betekening van dit arrest plaatsvindt.
verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit arrest is gewezen door mrs. T.S. Pieters H.T. van der Meer en E. Verhulp en door de rolraadsheer in het openbaar uitgesproken op 6 augustus 2024.