ECLI:NL:GHAMS:2024:1809
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling tussen niet-gezaghebbende moeder en minderjarige: bekrachtiging van de bestreden beschikking
In deze zaak gaat het om de omgang tussen een niet-gezaghebbende moeder en haar minderjarige dochter, geboren in 2018. De rechtbank Amsterdam heeft op 18 oktober 2023 het verzoek van de moeder om een omgangsregeling afgewijzen, wat de moeder niet accepteert. In hoger beroep, dat op 2 juli 2024 plaatsvond, heeft het Gerechtshof Amsterdam de bestreden beschikking bekrachtigd. De moeder is van mening dat het in het belang van de ontwikkeling van haar dochter is dat zij contact met haar heeft. De GI, William Schrikker Stichting, is van mening dat omgang niet in het belang van het kind is, gezien de zorgen over de ontwikkeling van de minderjarige en de fragiele situatie van de moeder. De Raad voor de Kinderbescherming adviseert eveneens om de bestreden beschikking te bekrachtigen, omdat het belang van de minderjarige voorop staat. Het hof concludeert dat omgang met de moeder de kwetsbare ontwikkeling van de minderjarige in de weg staat en dat er onvoldoende waarborgen zijn voor de veiligheid van het kind. De moeder's beroep op schending van haar rechten onder het EVRM en IVRK wordt verworpen, omdat de inbreuk gerechtvaardigd is in het belang van de ontwikkeling van de minderjarige.