ECLI:NL:GHAMS:2024:1662

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
25 april 2024
Publicatiedatum
18 juni 2024
Zaaknummer
23-000061-24
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep wegens onvoldoende bewijs van negeren stopteken

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 april 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte was beschuldigd van het negeren van een stopteken dat was gegeven door een politievoertuig op 29 maart 2022 te Purmerend. Tijdens de zitting in hoger beroep op 11 april 2024 heeft de verdachte ontkend het ten laste gelegde feit te hebben gepleegd. Hij verklaarde dat hij op het moment van de vermeende overtreding samen met een vriend was en dat het mogelijk zijn vriend was die het stopteken heeft genegeerd. Het hof heeft het proces-verbaal als toereikend bewijs aangemerkt, maar kon de gang van zaken zoals door de verdachte beschreven niet uitsluiten. Hierdoor ontbrak de vereiste mate van overtuiging om de verdachte te veroordelen. Het hof heeft daarom het vonnis van de kantonrechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastelegging. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte zou worden veroordeeld tot dezelfde straf als in eerste aanleg, maar het hof kwam tot een andere beslissing.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-000061-24
datum uitspraak: 25 april 2024
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland van 9 januari 2024 in de strafzaak onder parketnummer 96-266147-22 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 2004,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 11 april 2024.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte naar voren heeft gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij, op of omstreeks 29 maart 2022 te Purmerend, op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Annette Poelmanstraat, als weggebruiker niet is gestopt voor een stopteken dat is gegeven door middel van een aan een politievoertuig aangebracht verlicht transparant, met daarin in rode letters de woorden "stop" of "stop politie".
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 395a van het Wetboek van Strafvordering en omdat het hof tot een andere beslissing komt dan de kantonrechter.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gerekwireerd dat het ten laste gelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen en gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.

Vrijspraak

De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep ontkend dat hij het ten laste gelegde heeft gepleegd. In dat verband heeft de verdachte het volgende naar voren gebracht. Ten tijde van het tenlastegelegde was hij samen met zijn vriend [naam] uit [plaats] met wie hij van bromfiets had geruild. Toen hij thuis was, werd hij gebeld door [naam] dat hij zich moest melden bij de politie omdat hij een stopteken zou hebben genegeerd. De verdachte is terug gereden, heeft zich vervolgens op straat bij de politie gemeld en is daarop staande gehouden. Het proces-verbaal is niet volledig in hetgeen is gebeurd en het zou kunnen dat zijn vriend degene is geweest die de stopsignalen heeft genegeerd, aldus de verdachte.
Hoewel het proces-verbaal in de wettelijke vorm is opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar en het proces-verbaal derhalve als toereikend bewijs kan worden aangemerkt, kan het hof de gang van zaken zoals door de verdachte is beschreven niet uitsluiten. Uit de bijlage bij het proces-verbaal kan worden opgemaakt dat de verdachte toen hij werd staande gehouden, reed op een bromfiets die op naam was gesteld van [naam] uit [plaats]. Gelet hierop en op de stellige ontkenning van de verdachte heeft het hof niet de voor een bewezenverklaring vereiste mate van overtuiging bekomen dat het de verdachte is geweest die het stopteken heeft genegeerd. Het hof zal de verdachte daarom vrijspreken van het tenlastegelegde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Vernietigt de eerder uitgevaardigde strafbeschikking onder CJIB nummer [nummer].
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. A.E. Kleene-Krom, mr. C.J. van der Wilt en mr. E.C.M. Bouman, in tegenwoordigheid van mr. C.T. Snellenberg, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 25 april 2024.
De jongste raadsheer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]
[…]