Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.De zaak in het kort
3.Feiten
vergoeding voor de bijkomende leveringen en diensten servicekosten’. Artikel 6 van de huurovereenkomst luidt voor zover hier van belang als volgt:
het verwijderen van het hout van het balkon (…)’.
Ketel is door huurder zelf vervangen en heeft dringend een onderhoudsbeurt nodig.De totale kosten hiervoor worden begroot op € 150,00, inclusief btw.
naar aanleiding van schade en kosten gemaakt conform eerdere aanschrijvingen.’ Het totaal gefactureerde bedrag is € 9.342,95.
4.Beoordeling
niettot het gehuurde behoort. Zo is niet gesteld of gebleken dat aan [geïntimeerde] ooit (dat wil zeggen: eerder dan in deze procedure) door de verhuurder(s) is meegedeeld dat het terras niet tot het gehuurde behoort. De huurovereenkomst sluit het dakterras ook niet uit van het gehuurde. [geïntimeerde] heeft dan ook gerechtvaardigd erop mogen vertrouwen dat het dakterras tot het gehuurde behoort.
als gevolg vangedragingen of nalaten van [geïntimeerde]. [geïntimeerde] heeft in dit verband aangevoerd dat er sinds jaar en dag lekkages zijn in het pand, ook al bij de vorige bewoner van het gehuurde, en dat het causaal verband onvoldoende is aangetoond (en dat zij dus eigenlijk € 300,00 teveel heeft betaald aan [appellante]). [geïntimeerde] betwist dat zij de afvoer niet goed heeft schoongehouden. [appellante] heeft onvoldoende gesteld om aan te nemen dat dat causaal verband er wel is.