Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
€ 6,00 parkeerbelasting en € 66,50 kosten van de naheffingsaanslag.”
3.Geschil in hoger beroep
4.Het oordeel van de rechtbank
De naheffingsaanslag
5.Beoordeling van het geschil
31 december 2022 uitspraak moeten doen (artikel 236, lid 2, Gemeentewet). De heffingsambtenaar heeft dat niet gedaan. Hij heeft vervolgens ook niet binnen twee weken na de ontvangst van de ingebrekestelling de uitspraak op bezwaar gedaan, terwijl geen geval als bedoeld in artikel 4:17, lid 6, Awb aan de orde is. De heffingsambtenaar heeft daarom een dwangsom aan belanghebbende verbeurd (artikel 4:17 Awb in verbinding met artikel 7:14 van die wet).
6.Kosten
7.Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de rechtbank, doch uitsluitend voor zover daarin niet is beslist over de door de heffingsambtenaar verbeurde dwangsom wegens het niet-tijdig doen van de uitspraak op bezwaar;
- stelt vast dat de heffingsambtenaar aan belanghebbende een dwangsom van € 1.442 heeft verbeurd;
- gelast de heffingsambtenaar aan belanghebbende te vergoeden het griffierecht dat belanghebbende voor de behandeling van het beroep (€ 50) en het hoger beroep (€ 136) heeft betaald, in totaal € 186, en
- veroordeelt de heffingsambtenaar in de kosten van belanghebbende voor het geding in beroep en in hoger beroep, vastgesteld op € 657 voor door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raad www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag. Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie www.hogeraad.nl).
www.hogeraad.nl. Informatie over de inlogmiddelen vindt u op
www.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.