ECLI:NL:GHAMS:2023:3777

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
20 juni 2023
Publicatiedatum
5 februari 2025
Zaaknummer
23-000609-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstekzaak tegen verdachte in hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 20 juni 2023 uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 17 februari 2023 was gewezen. De zaak betreft een verstekzaak waarbij de verdachte, geboren in 1976, niet aanwezig was tijdens de zitting. De raadman van de verdachte heeft, naar later bleek, de avond voor de zitting grieven naar het hof gestuurd. Echter, er zijn geen schriftelijke grieven ingediend door of namens de verdachte, en er zijn ook geen mondelinge bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Het hof heeft vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang is dat zou pleiten voor een onderzoek van de zaak. Op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep. De beslissing van het hof is dat de verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in het hoger beroep, wat betekent dat de eerdere uitspraak van de politierechter in stand blijft.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 13-202719-21
parketnummer hoger beroep : 23-000609-23
VERSTEK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 20 juni 2023 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 17 februari 2023 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1976 te [geboorteplaats]
adres: [adres].

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Door of namens de verdachte is geen schriftuur houdende grieven ingediend. Evenmin zijn mondeling bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Ook overigens is niet gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig onderzoek van de zaak. Om die reden wordt de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Gewezen door mr. N.A. Schimmel, in bijzijn van H. Doruk, griffier.
mr. N.A. Schimmel