Uitspraak
200.304.049/02
17 oktober 2023gedane verzoek namens
1.Het geding
2.De feiten en het procesverloop
3.Het wrakingsverzoek
day in court.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 17 oktober 2023 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door verzoekster, bijgestaan door mr. E. Doornbos. Het verzoek tot wraking was gedaan tijdens een openbare zitting in een hogerberoepsprocedure, waarbij verzoekster zich niet kon verweren omdat zij niet aanwezig kon zijn. De raadsheren, bestaande uit mrs. P.J. van Eekeren (voorzitter), M.M.M. Tillema en A.C. van Schaick, werden gewraakt op basis van de vrees voor vooringenomenheid. De wrakingskamer oordeelde dat er geen grond was voor de vrees dat de raadsheren partijdig waren, en dat de afwijzing van het aanhoudingsverzoek een procedurele beslissing was die geen aanleiding gaf voor wraking. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd gemotiveerd door te stellen dat de procedurele beslissing om de zitting niet aan te houden, geen grond voor wraking kan zijn. De wrakingskamer concludeerde dat de motivering van de afwijzing van het aanhoudingsverzoek niet kon worden opgevat als een blijk van vooringenomenheid. Het verzoek tot wraking werd derhalve afgewezen.