ECLI:NL:GHAMS:2023:3549

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
13 december 2023
Publicatiedatum
3 januari 2024
Zaaknummer
23-001126-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep tegen vonnis politierechter

Op 13 december 2023 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 30 maart 2023 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1973, die in hoger beroep ging tegen het eerder genoemde vonnis. Tijdens de zitting op 13 december 2023 heeft de verdachte aangegeven het hoger beroep niet te willen handhaven. Dit leidde tot de conclusie dat de verdachte haar eerder ingediende bezwaren tegen het vonnis introk. Het hof heeft vervolgens vastgesteld dat er geen rechtens te respecteren belang meer was dat een nader onderzoek van de zaak rechtvaardigde. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarbij de oudste en jongste raadsheer niet in staat waren het arrest te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001126-23
datum uitspraak: 13 december 2023
TEGENSPRAAK(gemachtigd raadsvrouw)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 30 maart 2023 in de gevoegde strafzaken onder de parketnummers 13-286844-21 (zaak A) en 13-020543-23 (zaak B) tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] ( [geboorteland01] ) op [geboortedatum01] 1973,
adres: [adres01] .

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 13 december 2023.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, inhoudende dat de verdachte niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het door haar ingestelde hoger beroep.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Nu namens de verdachte ter terechtzitting te kennen is gegeven dat de verdachte het hoger beroep niet wil handhaven, moet zij geacht worden de eerder tegen het vonnis opgegeven bezwaren in te trekken, zodat zij, nu ook overigens niet is gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig nader onderzoek van de zaak, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het ingestelde hoger beroep.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. N. van der Wijngaart, mr. R. Kuiper en mr. V.J.M. Goldschmeding, in tegenwoordigheid van mr. I. Peetoom, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 13 december 2023.
De oudste en de jongste raadsheer zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.