In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 19 december 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over een klacht tegen een gerechtsdeurwaarder. De klacht betreft de niet-betaalde indexaties van kinderalimentatie en het daaropvolgende loonbeslag dat door de gerechtsdeurwaarder is gelegd. Klager, die in deze zaak de gerechtsdeurwaarder is, heeft in 2021 een exploot ontvangen van zijn ex-echtgenote, waarin hij werd gesommeerd om achterstallige alimentatie te betalen. Klager heeft betoogd dat de gevorderde bedragen onjuist waren en dat de gerechtsdeurwaarder niet zorgvuldig heeft gehandeld door uit te gaan van onjuiste aannames en berekeningen. De kamer voor gerechtsdeurwaarders heeft op 14 april 2023 een beslissing genomen, waarbij klachtonderdeel a. gegrond werd verklaard en de overige klachtonderdelen ongegrond. De gerechtsdeurwaarder kreeg een berisping en moest een schadevergoeding betalen aan klager. In hoger beroep heeft het hof de zaak behandeld op 26 oktober 2023. Het hof heeft geoordeeld dat de gerechtsdeurwaarder inderdaad niet zorgvuldig heeft gehandeld, maar dat de maatregel van berisping te zwaar was. Het hof heeft daarom de maatregel van waarschuwing opgelegd, wat een lichtere sanctie is. De overige klachtonderdelen zijn ongegrond verklaard. Het hof heeft de beslissing van de kamer gedeeltelijk vernietigd en de maatregel aangepast.