ECLI:NL:GHAMS:2023:3140

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
15 augustus 2023
Publicatiedatum
14 december 2023
Zaaknummer
23-003146-22
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis met aanvulling van gronden in een zaak van bedreiging met zware mishandeling

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 15 augustus 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1991, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 24 november 2022, waarin hij was veroordeeld voor een bedreiging met zware mishandeling. De zaak kwam aan het licht na een woordenwisseling waarbij de verdachte de aangever had bedreigd door een glas naar zijn gezicht te gooien, met de intentie om de aangever te laten schrikken. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, maar met aanvulling van gronden. De advocaat-generaal had gevorderd dat de verdachte dezelfde straf zou krijgen als eerder opgelegd door de politierechter. Het hof heeft de bewijsvoering van de politierechter overgenomen en het bewijsverweer van de raadsman verworpen. Het hof heeft ook een passage uit het bewijs geschrapt, maar heeft de relevante wetsartikelen in acht genomen. De beslissing van het hof is genomen door de meervoudige strafkamer, en het arrest is uitgesproken op een openbare terechtzitting.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003146-22
datum uitspraak: 15 augustus 2023
TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 24 november 2022 in de strafzaak onder parketnummer 13-216349-22 tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 1991,
adres: [adres01] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 1 augustus 2023 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de raadsman naar voren heeft gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de politierechter in eerste aanleg opgelegd.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen, met aanvulling van gronden en met dien verstande dat het hof:
  • de in het derde bewijsmiddel (te weten het proces-verbaal van 28 augustus 2022, pag. 22-23 van het dossier) weergegeven passage “met een klein boogje, met niet al te veel vaart” schrapt en
  • rekening houdt met het bepaalde in artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht en de toepasselijke wetsartikelen daarmee aanvult.
aanvulling gronden
Het – volgend op een woordenwisseling waarbij de verdachte onder andere heeft gezegd “Ik neem je nog wel te grazen” – van korte afstand (ongeveer twee meter) gooien van een glas naar het gezicht van de aangever, als waarschuwing, om de aangever te laten schrikken, is een bedreiging met zware mishandeling.
Het in hoger beroep door de raadsman ter zake van feit 1 gevoerde bewijsverweer vindt voor het overige zijn weerlegging in de door de politierechter gebezigde bewijsmiddelen, die het hof, met inachtneming van het bovenstaande, overneemt.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. S. Jongeling, mr. E. Mijnsberge en mr. A.M.P. Geelhoed, in tegenwoordigheid van mr. D. Damman, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 15 augustus 2023.
mr. E. Mijnsberge is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.