Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te doen plegen, mede te plegen, uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen en/of
- zich en/of een of meer ander(en) gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen,
- een of meer ander(en) heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te doen plegen, mede te plegen, uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn, en/of - zich en/ of een of meer ander(en) gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen, en/of
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen en/of gelden of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad waarvan verdachte wist of ernstige redenen had om te vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en),
- een (zeil)boot, genaamd de [boot 2] / [boot 3] , aangeschaft, en/of
- (meermalen) aanwezig geweest op de (zeil)boot de [boot 2] / [boot 3] en/of
- (schoonmaak)werkzaamheden (laten) verricht(en) aan de (zeil)boot [boot 2] / [boot 3] en/of
- bemanning geregeld en/of laten regelen voor de (zeil)boot de [boot 2] / [boot 3] en/of
- geldzendingen (laten) verricht(en) vanuit Nederland naar Sint Maarten en/of Spanje en/ of Qatar en/of Trinidad en Tobago en/of Colombia en/of Suriname en/of de Verenigde Staten en/of
- als tussenpersoon gefungeerd door (telefonische) contacten te onderhouden met een persoon met het Braziliaanse telefoonnummer [telefoonnummer 1] over een op handen staand cocaïne transport en/of met medeverdachte [medeverdachte 1] naar Suriname te reizen ter voorbereiding van een overdracht van cocaïne en/of als tussenpersoon zowel medeverdachte(n) op de hoogte te houden over de contacten in Bras (Brazilië) als de contacten in Brazilië op de hoogte te houden van de voortgang met betrekking tot de aankoop van de boot (“auto”);
- notities en/of documenten en/of afbeeldingen met (betrekking tot) de (zeil)bo(o)t(en) [boot 2] / [boot 3] voorhanden heeft gehad;
- het plegen van misdrijven als bedoeld in artikel 10 derde en/of vierde en/of vijfde lid van de Opiumwet, namelijk het meermalen, althans eenmaal (telkens) binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen, in elk geval het (telkens) afleveren en/of verstrekken en/of vervoeren, althans het opzettelijk aanwezig hebben van cocaïne, in elk geval van (een) middel(en) als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I en/of
- het plegen van strafbare voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 10a van de Opiumwet;
Vonnis waarvan beroep
Inleiding
Bewijsoverwegingen
eerste instructiestaat, voor zover relevant, het volgende:
tweede instructiehoudt, voor zover relevant, een lijst van punten in die moeten worden besproken. Onder meer is te lezen:
derde instructiehoudt wederom een aantal aanwijzingen in verband met een aan te schaffen boot in. Meer in het bijzonder is te lezen:
contant kan betalen (…) Ze mogen de boot geen seconde alleen laten zorg dat er altijd iemand aan boord is. [naam 1] weet waarom en wat er kan gebeuren als je hem alleen laat liggen.Bug(het hof begrijpt: een microfoon of zender)
. En geen gebel naar familie in Holland (…) terwijl ze daar zijn. (…) Vraagt men bij vertrek in Praia waar ga je heen zeg dankanaries(het hof begrijpt: de Canarische eilanden) is een goede richting. Geen van de mensen mag mee nemen een eigen G.M.S. (het hof begrijpt: GSM.) vanuit Nederland. Alleen jou man heeft die sat telefoon en een schone nieuwe ongebruikte G.S.M. (…)’.
enigmisdrijf.
Dat een voorwerp "afkomstig is uit enig misdrijf", kan, indien op grond van de beschikbare bewijsmiddelen geen rechtstreeks verband valt te leggen met een bepaald misdrijf, niettemin bewezen worden geacht, indien het op grond van de vastgestelde feiten en omstandigheden niet anders kan zijn dan dat het in de tenlastelegging genoemde voorwerp uit enig misdrijf afkomstig is.
€ 3.900,00 verklaard dat dit een gedeelte is van een bedrag dat is uitgekeerd door een verzekeringsmaatschappij ter zake van een ongeluk dat heeft plaatsgevonden ergens in de periode van september 2011 tot en met april/mei 2012. De verdachte was toen in de laatste fase van zijn detentie werkzaam bij een busbedrijf waar hij de naam niet meer van weet, en is toen in zijn auto en op weg naar zijn werk in [plaats 1] op de weg van [plaats 2] van achteren door een bus van hetzelfde bedrijf aangereden. Er is toen geen politie bij geweest, omdat het bedrijf direct schuld erkende. De verzekeringsmaatschappij van de busmaatschappij heeft na het ongeval € 12.000,00 of € 13.000,00 uitgekeerd op drie rekeningen, waarvan een rekening die op zijn naam stond. Op zijn ING-rekening kreeg de verdachte ergens in de periode september 2011 tot en met mei 2012 € 9.000,00 gestort. In 2012 heeft hij het geld van de bankrekening gehaald. De auto heeft hij voor minder dan € 3.000,00 laten repareren bij een garage van een Turkse man in Schiedam, van wie hij de naam niet weet en van wie hij geen factuur heeft gekregen. Hij heeft de Turkse man contant betaald van het geld dat hij van de verzekering had gekregen. De auto heeft hij vervolgens in 2011 voor € 17.000,00 verkocht aan iemand in Rotterdam/Hoogvliet, van wie hij de naam niet weet.
Bewezenverklaring
- zich en een of meer anderen gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen, en
- een vervoermiddel en gelden voorhanden heeft gehad waarvan verdachte wist dat die bestemd waren tot het plegen van dat feit,
- een zeilboot, genaamd de [boot 2] aangeschaft, en
- aanwezig geweest op de zeilboot de [boot 2] en
- werkzaamheden verricht aan de zeilboot [boot 2] en
- bemanning geregeld en/of laten regelen voor de zeilboot de [boot 2] en
- geldzendingen laten verrichten vanuit Nederland naar Trinidad en Tobago en
- als tussenpersoon gefungeerd door (telefonische) contacten te onderhouden met een persoon met het Braziliaanse telefoonnummer [telefoonnummer 1] over een op handen zijnde cocaïne transport en als tussenpersoon zowel een medeverdachte/medeverdachten op de hoogte te houden over de contacten in Brazilië als het contact in Brazilië op de hoogte te houden van de voortgang met betrekking tot de aankoop van de boot (“auto”);
- het plegen van misdrijven als bedoeld in artikel 10 vijfde lid van de Opiumwet, namelijk het binnen het grondgebied van Nederland brengen van cocaïne en/of
- het plegen van strafbare voorbereidingshandelingen als bedoeld in artikel 10a van de Opiumwet;
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
27 (zevenentwintig) maanden.