ECLI:NL:GHAMS:2023:2771
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte wegens overtreding van de Wet milieubeheer met betrekking tot het aanleggen van een haven zonder melding
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 september 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Noord-Holland. De verdachte, geboren in 1988, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling voor het niet doen van een melding bij het bevoegd gezag over het aanleggen van een haven op een perceel in Landsmeer. De tenlastelegging betrof de periode van 26 juli 2019 tot en met 23 september 2019, waarin de verdachte als eigenaar van een eenmanszaak het perceel huurde voor het stallen van boten en caravans. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep op 13 september 2023 gehouden, waarbij de advocaat-generaal en de verdachte hun standpunten hebben gepresenteerd.
Het hof heeft vastgesteld dat de haven, waarvoor de verdachte geen melding had gemaakt, in opdracht van een nieuwe huurder van het perceel was aangelegd en geen verband hield met de bedrijfsactiviteiten van de verdachte. Hierdoor oordeelde het hof dat de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat zij de tenlastegelegde overtreding had begaan. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen. Tevens is de eerder uitgevaardigde strafbeschikking vernietigd. Deze uitspraak is gedaan door de economische kamer van het gerechtshof Amsterdam, met de betrokken rechters en griffier aanwezig tijdens de openbare terechtzitting.