Op maandag 16 augustus 2021 om 10.45 uur kregen wij de opdracht om te gaan naar de Jan van Galenstraat ter hoogte van huisnummer [nummer 1] te Amsterdam. Aldaar waren twee voertuigen op hoge snelheid weggereden en zouden er blokken hash achtergelaten zijn op de weg. […]
Ik, verbalisant [verbalisant 2], zag een blok van ongeveer 25 centimeter bij 15 centimeter, verpakt in geel tape, in een plantenbak liggen.
Ik, verbalisant [verbalisant 2], heb gesproken met een getuige, deze getuige wenste anoniem te blijven. Deze persoon verklaarde mij desgevraagd en samengevat het volgende: "Ik zag twee auto's hard aankomen rijden op de Jan van Galenstraat, komende uit de richting van het Erasmuspark en gaande in de richting van het centrum. Ik zag dat een witte auto een donker blauwe taxi inhaalde en remde toen hij voor hem reed. Ik zag dat de man die uit de taxi stapte een stapel blokken van de straat pakte en in de blauwe taxi gooide. Ik zag dat de witte auto toen hard wegreed en bij de stoplichten linksaf ging. Kort nadat de witte auto hard wegreed, reed de blauwe taxi ook hard weg.
Ik, verbalisant [verbalisant 3], heb gesproken met een getuige. Deze getuige wenste anoniem te blijven. De getuige verklaarde mij het volgende:
" Ik was aan het werk aan de overkant van de straat. Ik zag een taxichauffeur allemaal kleine pakketjes oprapen van de weg. Het waren kleine pakjes, een soort plakjes. Ik dacht dat het bruin van kleur was maar ik zag later op de weg ook een gele liggen die achter was gebleven. Ik heb alleen de bestuurder gezien. Ik heb geen klant in de taxi gezien. Ik zag dat hij aan kwam rijden, stopte en uitstapte. Hij raapte die pakketjes op en gooide deze in de taxi. Hij stapte in en reed weg in de richting van het centrum. Wat mij opviel dat vlak voor die taxi een witte cabrio langs gereden kwam. Deze was aan het toeteren. Deze reed ook in de richting van het centrum. Vlak na de cabrio stopte de taxi. Andere mensen hebben de pakketjes opgepakt en aan de kant gelegd. Ik heb een geel pakketje opgepakt.
Terwijl wij binnen waren bij de [café] werden wij aangesproken door een getuige. De getuige gaf op te zijn genaamd: [getuige 1], [getuige 1] verklaarde mij het volgende:
"Ik zat hier koffie te drinken en ik had zicht op de Jan van Galenstraat. Ik heb jullie gebeld om 10.23 uur.
Ik zag ineens een auto langsflitsen. Ik zag dat het een Mercedes was, wit van kleur met buitenlandse platen. Ik zag dat het voertuig echt hard reed, ik vermoed wel 100 km/u. Ik zag dat deze Mercedes andere auto’s inhaalde. Ik zag dat hij dit deed bij het zebrapad. Ik weet zeker dat als daar iemand had gelopen over het zebrapad dat diegene meters weg zou zijn geslingerd. Hij reed echt heel hard. Ik zag daarna een taxi langs komen. Het was een donkerblauwe of donkerpaarse taxi met blauwe platen. Het leek alsof de taxi achter de witte Mercedes aanzat en hem tot stoppen wilde manen. Ik hoorde van de auto’s ook geluiden van de motoren van hard rijden, slipgeluiden en het piepen van de remmen.