Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging feit 1
het hof begrijpt: met het pistool) riep meerdere malen, ‘ik schiet hem dood, ik schiet hem dood’. Zij hoorde hem 5 of 6 keer, misschien wel 7 keer, schieten. [getuige 2] heeft verklaard dat zij mensen hoorde schreeuwen en zag rennen. Zij zag iemand rennen met een pistool naar voren en (hoorde hem) schieten. Zij hoorde anderen uit de groep zoiets zeggen als: ‘maak hem dood’ of ‘schiet hem dood’. Volgens de getuige [getuige 3] - die het achter [slachtoffer] aanrennen aanduidt als een achtervolging - werd daarbij geroepen: ‘schiet hem neer’. Het hof gaat van de juistheid van deze verklaringen uit, nu die elkaar in voldoende mate steunen en er overigens geen aanleiding is om daar aan te twijfelen. Het hof stelt voorts het volgende vast.
- [slachtoffer] en [naam 3] bevonden zich in het voorportaal van de SEH (een rechthoekige ruimte van 4 meter breed en 6 meter lang) en [slachtoffer] kon de afdeling niet betreden, omdat de deur daar naartoe niet werd geopend;
- de verdachte stond buiten bij de ingang en keek naar binnen;
- [naam 3] liep naar de verdachte toe en de verdachte probeerde om hem heen te lopen, terwijl hij keek in de richting van de ingang van het ziekenhuis, waarheen [slachtoffer] was gelopen;
- [naam 3] probeerde de verdachte op afstand te houden;
- de verdachte had op dat moment in zijn beide handen een vuurwapen; in zijn rechterhand een donkerkleurig en in zijn linkerhand een zilverkleurig;
- de broer van de verdachte, die eveneens bij de ingang van de SEH was gearriveerd, duwde [naam 3] weg, waardoor de verdachte toegang kreeg tot de ingang van de Spoedeisende Hulp;
- de verdachte liep het voorportaal van de SEH in en hield daarbij zijn rechterhand met het donkerkleurige vuurwapen gestrekt vooruit. [slachtoffer] stond op dat moment in het voorportaal (buiten het zicht van de camera’s);
- [slachtoffer] kwam (met verhoogde snelheid) op de verdachte aflopen en duwde hem naar buiten;
- [slachtoffer] bewoog zich weer naar binnen en de verdachte deed een stap naar achter, hief zijn rechterarm met het donkerkleurige vuurwapen omhoog, richtte op [slachtoffer] en schoot gericht op de rug van [slachtoffer] , die met zijn achterkant naar hem toe stond gedraaid;
- de verdachte liep vervolgens, met het vuurwapen in zijn rechterhand recht vooruit gestrekt, weer richting de ingang en schoot vervolgens wederom, terwijl hij het vuurwapen (nog steeds) recht vooruit gestrekt ter hoogte van zijn schouder had. Vervolgens bleef de slede van dit vuurwapen openstaan;
- De verdachte richtte vervolgens het zilverkleurige vuurwapen in zijn linkerhand recht naar voren en strekte zijn linkerarm recht vooruit ter hoogte van zijn schouder, waarna hij met zijn rechterhand een beweging maakte alsof hij dit vuurwapen doorlaadde;
- de verdachte richtte het zilverkleurige vuurwapen wederom met gestrekte arm ter hoogte van zijn schouder het voorportaal in en haalde vervolgens twee tot drie keer de trekker over;
- De verdachte liep daarna weg in de richting van de Volvo V40 en stapte als bijrijder in deze auto, waarna de auto wegreed.
het hof begrijpt: [slachtoffer]) bleef richten, terwijl zijn wapen al leeg was. Hij drukte steeds, maar ik hoorde iedere keer klik, klik’.
hebben achtervolgdtot aan het ZMC.
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) jaren en 6 (zes) maanden.