ECLI:NL:GHAMS:2023:2610

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 november 2023
Publicatiedatum
2 november 2023
Zaaknummer
23-001993-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis in hoger beroep met omzetting van taakstraffen naar jeugddetentie

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 2 november 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 26 juni 2023 was gewezen. De zaak betreft jeugdstrafrecht en de verdachte, geboren in 2006, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de kinderrechter. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, met uitzondering van de beslissingen op twee vorderingen tot tenuitvoerlegging. De vorderingen tot tenuitvoerlegging zijn omgezet in vervangende jeugddetentie.

Het hof heeft de vorderingen van de advocaat-generaal in overweging genomen, die had gevorderd dat de verdachte dezelfde straf zou krijgen als eerder opgelegd door de kinderrechter. De advocaat-generaal had ook gevorderd dat de opgelegde taakstraffen zouden worden omgezet in vervangende jeugddetentie. Het hof heeft besloten om de door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen te vervangen door nieuwe bewijsmiddelen, die in een bijlage bij het arrest zijn opgenomen.

De vorderingen tot tenuitvoerlegging betroffen een voorwaardelijke werkstraf die eerder was opgelegd door de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland en de rechtbank Noord-Holland. Aangezien de verdachte zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit had schuldig gemaakt, heeft het hof de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde straffen gelast en deze omgezet in jeugddetentie. Het hof heeft de duur van de jeugddetentie vastgesteld op 25 dagen voor de vordering uit Midden-Nederland en 15 dagen voor de vordering uit Noord-Holland. Het arrest is uitgesproken in een openbare terechtzitting, waarbij de jongste raadsheer niet in staat was om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001993-23
datum uitspraak: 2 november 2023
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Amsterdam van 26 juni 2023 in de strafzaak onder de parketnummers 13-153923-23 en 13-002558-23 (TUL), 16-234370-22 (TUL), 15-069015-23 (TUL) tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] ( [geboorteland01] ) op [geboortedatum01] 2006,
postadres: [adres01] .

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 19 oktober 2023 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd en dat de vorderingen tot tenuitvoerlegging worden toegewezen. Ten aanzien van de vorderingen tot tenuitvoerlegging met parketnummers 16-234370-22 en 15-069015-23 is gevorderd dat de opgelegde taakstraffen worden omgezet in vervangende jeugddetentie.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep en zal dit derhalve bevestigen, behalve ten aanzien van de beslissingen op de vorderingen tot tenuitvoerlegging met parketnummers 16-234370-22 en 15-069015-23 - in zoverre zal het vonnis worden vernietigd – en met dien verstande dat het hof de door de rechtbank gebezigde bewijsmiddelen zal vervangen door de uitgewerkte bewijsmiddelen die (in die gevallen waarin de wet dit vereist) in een later bij dit verkort arrest te voegen bijlage zijn vervat.

Vordering tenuitvoerlegging met parketnummer 16-234370-22

Het openbaar ministerie heeft gevorderd de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland van 17 november 2022 opgelegde voorwaardelijke werkstraf voor de duur van 50 uren subsidiair 25 dagen jeugddetentie. Deze vordering is in hoger beroep opnieuw aan de orde.
Gebleken is dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt. Daarom kan de tenuitvoerlegging van die voorwaardelijk opgelegde straf worden gelast.
Het hof zal in plaats van een last tot tenuitvoerlegging van deze taakstraf een jeugddetentie van hierna te melden duur gelasten.

Vordering tenuitvoerlegging met parketnummer 15-069015-23

Het openbaar ministerie heeft gevorderd de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Noord-Holland van 11 mei 2023 opgelegde voorwaardelijke werkstraf voor de duur van 30 uren subsidiair 15 dagen jeugddetentie. Deze vordering is in hoger beroep opnieuw aan de orde.
Gebleken is dat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt. Daarom kan de tenuitvoerlegging van die voorwaardelijk opgelegde straf worden gelast.
Het hof zal in plaats van een last tot tenuitvoerlegging van deze taakstraf een jeugddetentie van hierna te melden duur gelasten.

BESLISSING

Het hof:
Beveelt in plaats van de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland van 17 november 2022 met parketnummer 16-234370-22, te weten een werkstraf voor de duur van 50 uren subsidiair 25 dagen jeugddetentie, een
jeugddetentievoor de duur van
25 (vijfentwintig) dagen.
Beveelt in plaats van de tenuitvoerlegging van de straf, voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Noord-Holland van 11 mei 2023 met parketnummer 15-069015-23, te weten een werkstraf voor de duur van 30 uren subsidiair 15 dagen jeugddetentie, een
jeugddetentievoor de duur van
15 (vijftien) dagen.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. D. Radder, mr. A.M. Kengen en mr. A.M.A. Keulen, in tegenwoordigheid van mr. C.T. Snellenberg, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 2 november 2023.
De jongste raadsheer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]