AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Profijtontneming en betalingsverplichting in mensenhandelzaak
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 25 oktober 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel in een mensenhandelzaak. De betrokkene, geboren in 1988, was eerder veroordeeld voor mensenhandel en witwassen. Het openbaar ministerie had in eerste aanleg gevorderd dat de betrokkene een bedrag van € 175.000,00 zou betalen aan de Staat ter ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel. De rechtbank had de betrokkene in 2019 veroordeeld tot betaling van € 322.955,00, maar het hof heeft deze beslissing vernietigd en een nieuw bedrag vastgesteld.
Het hof heeft vastgesteld dat de betrokkene in de periode van 14 februari 2010 tot 16 april 2012 wederrechtelijk voordeel heeft verkregen door middel van de uitbuiting van [slachtoffer 1]. De advocaat-generaal heeft een berekening gepresenteerd van het wederrechtelijk verkregen voordeel, waarbij rekening is gehouden met de gewerkte dagen en de kosten die in mindering moeten worden gebracht. Het hof heeft de argumenten van de verdediging, die stelde dat de betrokkene geen voordeel had genoten, verworpen en heeft de berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel vastgesteld op € 219.960,00, minus kosten van € 62.437,50, wat resulteert in een te betalen bedrag van € 157.522,50.
Daarnaast heeft het hof geoordeeld dat de redelijke termijn in deze zaak is geschonden en heeft het een korting van € 5.000,00 op de betalingsverplichting toegepast. Uiteindelijk is de verplichting tot betaling aan de Staat vastgesteld op € 73.761,25. Het hof heeft de draagkracht van de betrokkene in overweging genomen, maar heeft geoordeeld dat er geen reden was om de betalingsverplichting te matigen. De uitspraak is gedaan door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam.
Voetnoten
1.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 7 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0178.
2.Proces-verbaal van bevindingen Berekening gewerkte uren + afgestane verdiensten [slachtoffer 1] , bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0079.
3.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 7 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0180.
4.Proces-verbaal van verhoor aangever [slachtoffer 1] van 21 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0218.
5.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 7 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0178.
6.Proces-verbaal van bevindingen Berekening gewerkte dagen + afgestane verdiensten [slachtoffer 1] , Onderzoek kamerverhuurders [slachtoffer 1] , bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 080.
7.Geschrift, factuur raamverhuur [adres 5] , bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0284.
8.Proces-verbaal van verhoor aangever [slachtoffer 1] van 21 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0222.
9.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 7 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0184.
10.Proces-verbaal van bevindingen Berekening gewerkte uren + afgestane verdiensten [slachtoffer 1] , bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0083.
11.Proces-verbaal van bevindingen Berekening gewerkte uren + afgestane verdiensten [slachtoffer 1] , bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0083.
12.Proces-verbaal van bevindingen Berekening gewerkte uren + afgestane verdiensten [slachtoffer 1] , bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0083.
13.Proces-verbaal van bevindingen van 9 november 2011, F1 p. 316; Proces-verbaal verstrekking gegevens van 19 juni 2012, F1 p. 0329.
14.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 7 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0177.
15.Proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 7 oktober 2013, bijlage bij het Ontnemingsrapport, F1 p. 0179.