ECLI:NL:GHAMS:2023:2333
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van de moeder in hoger beroep inzake voogdijoverdracht
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 september 2023 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van de moeder in haar hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland van 10 november 2022. De moeder, die geen gezag heeft over haar dochter [minderjarige], verzocht om de voogdij van het Leger des Heils over haar dochter te behouden, terwijl het Leger des Heils verzocht om ontslag als voogd en benoeming van de pleegouders als nieuwe voogden. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder niet kan worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 798 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, omdat de overdracht van de voogdij haar rechten en verplichtingen niet rechtstreeks raakt. De moeder heeft sinds 17 februari 2021 geen gezag meer over [minderjarige] en er zijn geen aanwijzingen dat de wijziging van de voogdij zal leiden tot een verandering in het contact tussen de moeder en [minderjarige]. Het hof heeft geconcludeerd dat de vrees van de moeder dat contactherstel door de voogdijoverdracht belemmerd zal worden, niet gerechtvaardigd is. Daarom heeft het hof de moeder niet-ontvankelijk verklaard in haar hoger beroep.