ECLI:NL:GHAMS:2023:2315
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Wijziging van kinderalimentatie en beoordeling van behoefte en draagkracht
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de wijziging van de kinderbijdrage die de man dient te betalen voor de verzorging van hun minderjarige kind. De vrouw, verzoekster in hoger beroep, heeft in eerste aanleg verzocht om een verhoging van de kinderbijdrage, terwijl de man verzocht heeft om een verlaging. De rechtbank heeft in haar beschikking van 4 januari 2022 de kinderbijdrage vastgesteld op € 43,- per maand, wat de vrouw niet kon accepteren. Tijdens de mondelinge behandeling in hoger beroep op 9 november 2022 heeft de vrouw gesteld dat haar inkomen is verminderd en dat dit gevolgen heeft voor de door de man te betalen bijdrage. Het hof heeft de zaak pro forma aangehouden om partijen de gelegenheid te geven actuele inkomensgegevens te overleggen en om afspraken te maken over de kinderalimentatie. Echter, de man heeft geen gegevens overgelegd, waardoor het hof geen rekening kon houden met de gestelde wijzigingen van omstandigheden. Het hof heeft geoordeeld dat de behoefte van het kind moet worden vastgesteld op basis van de eerdere berekeningen, en heeft de bestreden beschikking van de rechtbank bekrachtigd. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer van het Gerechtshof Amsterdam op 26 september 2023.