In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 20 juni 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1981, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling voor het opzettelijk aanwezig hebben van ongeveer 7200 gram hasjiesj op 30 augustus 2021 in Amsterdam. Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de tenlastelegging, die betrekking had op de Opiumwet. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte het tenlastegelegde feit wettig en overtuigend bewezen heeft geacht, maar heeft de verdachte vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten. De strafbaarheid van de verdachte werd niet uitgesloten, en het hof heeft de straf bepaald op vier maanden gevangenisstraf, rekening houdend met de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder het is begaan. Het hof heeft ook de in beslag genomen voorwerpen behandeld, waarbij sommige verbeurd zijn verklaard en andere aan de verdachte zijn teruggegeven. De uitspraak is gedaan door een meervoudige strafkamer, en het arrest is openbaar uitgesproken.